In Amsterdam zag ik dat het vandaag ‘Earth Day’ zou zijn en er zou een March for Science’ gehouden worden op het Museumplein. Earth Day haar eerste editie vond plaats als ’teach in’ voor college-studenten op woensdag 22 april 1970 in de Verenigde Staten.
Dus toen ze tegelijk Vietnam besproeiden met 30-40 miljoen gallons herbiciden als Agent Orange om de oogsten van Vietnamezen te verwoesten, werden Earth Day-deelnemers geagiteerd over ‘de overbevolking van de aarde’ door Paul Erhlich (bioloog bij Universiteit van California, later Stanford) en Garrett Hardin (professor of Human Ecology University of California)
Via hun bijdrage in The Environmental Handbook: Prepared for the First National Environmental Teach-in ge-edit door Garrett de Bell, van University of California Press.
De New American geeft een mooi overzicht van de inhoud van ‘The Environmental Handbook’: van populatiecontrole (de populatie op aarde zou van 3,5 miljard toen naar minder dan 1 miljard moeten) en abortus-pleidooien tot het verwateren van nationale soevereiniteit vanwege ‘het milieu’. (klinkt bijzonder actueel…)
Met het vermoorden van 2 miljoen Vietnamezen was het Pentagon al mooi op weg om de wensen van Erhlich en de zijnen uit te voeren; populatiecontrole.
CIA- en Pentagon (Mitre, Jason en Darpa)-wetenschapper Gordon Mac Donald beschrijft het ontstaan zo:
In 1969 Senator Gaylord Nelson noted the effectiveness of anti- war teach-ins across college campuses, and in September of that year, he announced that a national environmental teach-in would take place sometime in the spring of 1970. In the aftermath of the Santa Barbara oil spill, this announcement immediately received nationwide attention.
Harvard Law-Public Policy student Dennis Hayes, who was organizing a teach- in in Cambridge, went to Washington to interview Senator Nelson. Hayes impressed Senator Nelson, and Nelson proceeded to convince the idealistic student to coordinate the nationwide activities that would become the first Earth Day. They chose April 22 as the best date to reach the primary audience, college students.
The date was a Wednesday, and was selected so as not to interfere with student weekend activities. The weather in the northern states would be warming; it was after the annual student southern migration of spring break, and well before final exams.
Zo beschreven nam ‘het milieu’ toen de aandacht over van anti-oorlog demonstraties. Inmiddels heb je volgens Yale Climate Connections al een therapiegroep voor mensen om over klimaat-verdriet te praten, een Climate Change Support Group voor ‘climate grief‘:
It’s that feeling at the pit of your stomach when you realize that people – probably even the ones we love – and wildlife will suffer as the impacts of climate change become more prevalent. It’s the ache we feel when we see how non-existent or slow ‘progress’ to combat warming is.
Earth Day werd bij haar opstart in 1970 gesponsord vanuit het militair industrieel complex. Zoals door ARCO van Robert O. Anderson van de Ford Foundation. Dat stelt socioloog van Universiteit van Pitsburg Donald Gibson vast in zijn heruitgave van Environmentalism, Ideology and Power
Anderson leverde ook het startkapitaal voor de oprichting van Friends of the Earth in 1969 met ex-militair David Brower van de University of California Press (en Sierra Club)en Amory Lovins. Dat is de zusterclub van Milieudefensie. Brower richtte ook het Earth Island Institute op in 1982 en wordt door het Brower Institute de ‘uitvinder van de moderne Amerikaanse milieubeweging genoemd’.
Brower hielp bij lobby voor de Wildernis-act in 1964 en vertolkte de natuurvisie van de Amerikaanse aristocratie als van Madison Grant en Teddy Roosevelt rond 1900 (The Progressive Era)
Council on Foreign Relations
De bekende bankier/olie-familie Rockefeller zat in de directie van Earth Day en werd sponsor met haar Rockefeller Brothers Fund. Lawrence Rockefeller was directeur van Earth Day 1990. We zien vervolgens ook dat de Council on Foreign Relations ‘het milieu’ identificeerde als bruikbaar voor haar agenda van internationalisering/1 wereldregering onder Amerikaans juk, zo schrijft New American:
Writing in the Spring 1988 issue of the CFR journal, Foreign Affairs, Columbia University (van het Manhattan Project RZ) Professor Richard N. Gardner (a CFR member) recommended the use of environmental concerns to justify more internationalism.
Dat was dan het artikel ‘The Case for Practical Internationalism‘ waarin Gardner – eerder vice-minister Binnenlandse zaken en VS-ambassadeur- ook ‘overpopulation’ noemt. (maar geen ‘klimaat’). In het huidige issue laten ze Hockey-stickfraudeur Michael Mann de klimaat-catastrofe verkondigen. Alsof catastrofisme het zelfde is als ‘de wetenschap’. In Foreign Affairs staat het Amerikaanse buitenlandbeleid uitgestippeld, artikelen die er in verschijnen worden onderdeel van de diplomatie.
New American vervolgt:
In the Spring 1989 Foreign Affairs, World Resources Institute Vice President Jessica Tuchman Mathews (CFR) stated approvingly: “Environmental strains that transcend national borders are already beginning to break down the sacred boundaries of national sovereignty….”
Het World Resources Institute wordt ook gefinancierd door de Rockefellers en hun filantropische stichtingen.
De Council on Foreign Relations leverde sinds oprichting in 1921 liefst 16 CIA-directeuren, en 21 Amerikaanse defensie-ministers af als Robert Mac Namarra, later directeur Wereldbank en eerder Ford Motors.
Vice-voorzitter van de VVD Robert Reibestein is lid van de Council on Foreign Relations. Reibestein is ook ‘groen’, commissaris bij Springtij (van Milieudefensie-oprichter Wouter van Dieren) en Wereld Natuur Fonds.
Gordon Mac Donald: Jason, CIA EN Club van Rome/IIASA
CIA/Pentagon-kernlid Gordon Mac Donald is een interessante wetenschapper. Hij werd in 1960 1 van de elite-wetenschappers van het Pentagon (ARPA) en de CIA, die ‘Jason’ werd genoemd (naar Jason en de Argonauten die het Gulden Vlies stelen), en die vergaderden in het Lawrence Berkeley National Laboratory in California. Ze berekenden de gevolgen van nucleaire explosies in de atmosfeer, waarbij door de hitte NOx-deeltjes in een wolk vrijkomen.
DARPA en Jason deden ook onderzoek naar het gebruik van ‘het weer’ als wapen ‘Weather Modification’, in Vietnam bijvoorbeeld om via slagregens de bevoorradingen van de Vietnamezen te blokkeren (via het Ho Chi Minh Trail)
In de jaren ’80 toen Mac Donald ‘chief scientist’ werd van de MITRE-corporation- een militaire wetenschaps-firma- verschoof de aandacht meer naar biologische wapens.
Club van Rome
En in 1996 werd Mac Donald directeur van het door de Club van Rome (1969 opgericht door rijke industrielen en OECD-lid Alexander King, conferenties houdend in Villa Serbelloni van de Rockefeller Foundation) opgerichte milieu-(computer)modelleringsinstituut IIASA.
Dat bakt computer-modellen die in IPCC-rapporten worden gebruikt om allerlei doemscenario’s ten aanzien van de planeet een wetenschappelijke rand te geven. Terwijl de echte doem ligt in de militaire speeltjes: dat de Amerikanen en anderen met 1 druk op de knop de wereld kunnen vernietigen sinds het Manhattan Project.
Op advies van President Nixon ontstond bij de Nato de Committee on the Challenges for Modern Societies (CCMS). Die stortte zich in mei 1969 op: het Milieu! Als imago-operatie, zoals de Nato het zelf omschreef:
To improve the Nato’s Image, especially with young people by demonstrating it’s concern to influence for the good the nature of the society it is designed to protect.
Dus voor welke wetenschap en wiens agenda marcheren mensen?