Leden Commissie Hordijk bouwden carrière op ‘Zure Regen’

Zo voerde VROM met Pieter Winsemius campagne

Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) concludeerde exact 10 jaar terug- in een rapport dat zure regen géén hype was en alle beleid zinvol.

Maar het enige feit dat na jaren ‘verzuringsbeleid’ wetenschappelijk sterk stond, is dat stikstofdepositie vegetaties verandert in natuurgebied op arme gronden en hoogveen. Zwavelzuurdepositie nam al af zónder beleid, bossterfte vond niet plaats, gezondheidsclaims bleken omstreden en door stikstofdepositie groeit bos mogelijk 40 procent beter.

De Barneveldse binnenlanden, de ‘ground zero’ van stikstofcrisis en zure regen met drie stikstofemitterende klimaatverpestende entiteiten, formerly known as ‘koeien’…

Wat is de definitie van een hype? ‘Het op overdreven wijze aanprijzen van product of persoon waarvan de verdienste nog moet blijken’zo stelt Kramers woordenboek. Voldeed zure regen met de geclaimde ecologische rampen daaraan? Het vocabulaire van het vroegere Ministerie van VROM onder Pieter Winsemius over ‘Das Grosse Waldsterben’, spreekt voor zich:

‘Zure regen, onze schuld’ bezweert zij onder affiches uit 1985. Deze posters tonen drie plaatjes van sparren in oplopende staat van ontbinding. Met onder de meest kale boom suggestief: ‘Morgen?’ Onderzoekers in Duitsland én Nederland voorspelden een ‘grote daling in de houtopbrengst’, met economische rampen tot gevolg.

Het PBL Rapport, hier op te laden. Lies, Damn Lies, Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL)

Het PBL ontkent in haar rapport ’Zure Regen, een analyse van 30 jaar verzurinsproblematiek in Nederland’ dat sprake was van een hype. Zij noemt dit ‘bewustwording’. In de conclusies stelt auteur Ed Buijsman, journalist en chemicus dat ‘alle beleid zinvol was’, een conclusie die alle massamedia overnamen.

Dit rapport verscheen in aanloop naar de herziening van verzuringswetgeving door de Europese Unie en Nederland die nu plaatsvindt, zoals het Göthenborg-protocol. Die staat verdere terugdringing van stikstofdepositie voor. Maar wat het PBL als ‘waarheid verkoopt’ blijkt niet met de historie van de hype overeen te stemmen.

Dus duiken we in de genesis en exodus van een academische hype die hoogtijdagen vierde, dat tot vandaag acacemische schoorstenen bij RIVM en Wageningen UR doet roken. Een hype die hoogtij vierde, vlak voordat ‘Klimaatverandering’ het stokje zou overnemen na 1988. Om vervolgens een andere jas aan te trekken voor de houdbaarheidsdatum.

..’Het Paradijs’ bij Barneveld, Ground Zero van zure regen, klimaat en stikstofellende 🙂

Genesis
Stikstofbeleid kwam van de grond, via de aandacht voor ‘Waldsterben’. Volgens emeritus ‘bosbodemkundige’, Jan van den Burg is de Duitse onderzoeker Bernhard Ulrich, van de Universiteit van Göttingen de bron van het ‘Waldsterben’. Van den Burg werkte in de ‘zure regentijd’bij De Dorschkamp, één van de bosbouwkundige voorlopers van Alterra.

Hij hield het archief van alle onderzoek bij naar verzuring op bosgezondheid.

‘Ulrich is de aanstichter van het paniekverhaal en schrijver van de ‘zure regenbijbel’ eind jaren zeventig’, zegt Van den Burg. ‘Zijn hypothese was dat zure neerslag voor uitspoeling van aluminium zorgde. Een verhoogde concentratie aluminium tastte de boomwortels aan, en zou ‘Waldsterben’veroorzaken.

Dat pikte Der Spiegel op in 1981 en zo werd een kleine man groot gemaakt.’ Die aluminiumhypothese duikt ook weer op in het PBL-rapport, waarbij zij ook stellen dat aluminium tot Alzheimer lijdt.

Bomenlaan ‘Het Paradijs’ bij Barneveld

Maar Ulrich maakte methodologische missers, een punt dat PBL NIET vermeldt.’ Ulrich’s alarmerende resultaten werden door de proefopstelling veroorzaakt’, zegt Van den Burg. ‘Een punt waar we pas jaren later achter kwamen. Hij testte de invloed van aluminium op boomwortels in watercultures in plaats van in de bodem.

Zijn keurig nette onderzoekers verschoonden steeds dat water, dat vervuild raakte met stoffen die de wortels afgaven en resten grond van de wortels. Daardoor haalden ze ook de buffer weg, die in de natuur juist de invloed van aluminium beperkt.’ Ulrich herriep zijn claim pas in 1995.

Een artikel van Nico van Breemen in Nature in 1982 zette verzuring en bossterfte in Nederland op de wetenschappelijke kaart. Het basische ammoniak, zou door biochemische processen in de bodem worden omgezet in een zwak zuur, ammonium sulfaat.

‘In Duitsland deed men al veel aan verzuringsonderzoek’, stelt Van Breemen, in 2010 fulltime-kunsthandelaar. ‘In Nederland nog niet, maar mijn Nature-artikel over verzuring in de bodem door ammoniak werkte als een steen in de vijver. Dat heeft veel onderzoek in gang gezet, en later ook regelgeving.’

Landgoed Bylaer met typische Saksenboerderij

Een karavaan onderzoekers, van bodemkundigen tot milieukundigen wierp zich op bodemverzuring door stikstofdepositie. Velen die in de jaren tachtig in media massale bossterfte voorspelden, danken hun huidige carrière nog steeds aan deze ‘verzuring’. Waaronder Leen Hordijk, van 1984 tot 1987 onderzoeksleider ‘zure regen’bij IIASA in Oostenrijk, waar hij recent als directeur vertrok.

Hij werd directeur van het Instituut voor Milieu en Duurzaamheid van de Europese Commissie (Ispra).

Maar ook senior-onderzoeker bij Alterra Wim de Vries profiteerde van de zure regen. Laatstgenoemde werd projectleider van Nitro-Europe, een door de Europese Commissie gesponsord onderzoeksprogramma van 27 miljoen euro naar stikstofstromen. In dat programma neemt IIASA ook deel.

Magische weg, met brug over de Kleine Barneveldse Beek

Dé belangrijkste rechtvaardiging voor strenger stikstofbeleid die overblijven, zijn kwetsbare vegetaties in natuurgebied. Het Alterra- rapport over ‘Verzuring’ dat Wim de Vries in 2008 als beleidsadvies schreef voor het Ministerie van VROM noemt ‘hoogvennetjes op kalkarme zandgrond’, heide en blauwgraslandjes, die baat hebben bij minder stikstofdepositie.

‘Natuur’die ooit door gronduitputting door keuterboeren ontstond. De Vries vindt de huidige richtlijnen gerechtvaardigd, er zou nog een ‘deken van stikstof’over Europa liggen.

‘We hebben voor Natura 2000 de verplichting om zorg voor die kwetsbare natuur te dragen’, antwoordt De Vries. ‘Of dat de goede manier van bescherming is, dat moet je de Europese Commissie vragen. Dan raak je aan de discussie welke natuur je nu wilt beschermen en op welke manier.

Ik geef alleen maar de effecten aan van depositie. Er zijn grote hoeveelheden literatuur, die aantonen dat biodiversiteit afneemt door stikstofdepositie in Nederland en Europa. Dan kun je inderdaad zeggen, jammer maar helaas. Dat doe ik niet. Wel kun je afvragen of bij strenger beleid de kosten nog opwegen tegen de baten. Maar dat is nu nog niet aan de orde.’

Gelderse Vallei-boerderij in ochtendlicht, ground zero van zowel de klimaatcrisis als stikstofcrisis 🙂

Exodus
Dus er is niet bekend, of alle miljarden euro’s lastenverzwaringen die boeren voor ‘stikstof’ moesten nemen, ook enig effect hadden op de beleden natuurdoelen. Daarnaast klopte ook het verhaal niet, op basis waarvan Mr Zure Regen Leen Hordijk zijn reputatie in media opbouwde in de jaren ’80. Het zelfde verhaal dat het Ministerie van VROM verkocht.

De ‘massale’bossterfte bleek gebaseerd op waarnemingen aan enkele Noorse spar-percelen in het Reuzengebergte en Ertsgebergte. Het waren deze bomen die VROM in haar campagne gebruikte.

‘Deze stonden op een noordhelling en vingen directe giftige SO2-depositie in uit het oude industriegebied van Silezie’, zegt Wagenings bosbouwconsultant Leffert Oldenkamp. ‘Behalve die uitstoot was het gevoerde, in bosbouwkundig opzicht achterhaalde beheer één van de oorzaken’.

Oldenkamp werkte in de Zure Regentijd bij de voorloper van Alterra, De Dorschkamp, en begeleide het bosbouwkundige deel van onderzoek van mensen als Van Breemen, die zelf geen ervaring hadden met de bospraktijk.

idem, in het slagenlandschap. Je ziet direct de ernst van de ‘stikstofcrisis’ 🙂

Directe SO2-vergiftiging van bosbestanden werd al sinds 1850 waargenomen, toen de industrie massaal zwavelrijke kolen ging verbranden. Er was dus geen sprake van een nieuw verschijnsel, en het vond op kleine schaal plaats.

In Nederland was SO2 al geen probleem meer vóór er sprake was van ‘verzuringsbeleid’: we schakelden tien jaar eerder al over van kolen op gas. Alle onderzoeksaandacht ging naar bodemverzuring door stikstofdepositie. Vele andere factoren hadden ondertussen meer invloed op de gezondheid van bomen.

‘Bosgezondheid nam in de rest van Duitsland en Nederland juist steeds meer toe door adoptie van modernere ‘natuurvolgende bosbouw’, meer afwisselende beplanting en dunning’, zegt Oldenkamp.

Emeritusprof Otto Kandler van het Instituut voor Botanie in München vatte de resultaten van 10 jaar Duits bosbouwonderzoek samen in een rapport voor de FAO in 1997:‘In plaats van te stellen, hoeveel gaat onze houtoogst achteruit, is onze vraag nu: hoeveel extra groei krijgen we door depositie.’

De Gelderse Vallei, net Polen

(uit onder meer stikstof RZ)Hij vervolgt: ‘Waldsterben kun je begrijpen als een probleem van bewustwording. Bos waarvan men geloofde dat het vroeger ‘normaal was’werd symbool voor negatieve menselijke invloed. Maar zulke holistische concepten zijn onbruikbaar bij oplossing van problemen, leiden tot veel emotie en voorbarige conclusies.’

Co-auteur van het PBL-rappot Rob Maas van het RIVM, erkent desgevraagd dat er bij zure regen toch sprake was van een hype. Maar hij vond deze zinvol.‘Zure regen was geen ‘hoax’, om maar eens een ander Engels woord te gebruiken’, schrijft hij per e-mail.

‘Opvallend is dat met de nu beschikbare dynamische bos-bodem-modellen kan worden uitgerekend dat grootschalige bossterfte met de emissieniveaus van 1980 binnen enkele decennia zou zijn opgetreden. Terwijl dat met de huidige emissieniveaus pas over enkele eeuwen is. Het probleem was toen dus wel degelijk urgent.’

Opnieuw kun je met modellen precies voorspellen wat je zou willen zien.

Het slagenlandschap

Open haard
Zou het bos ongezond worden door bodemverzuring via stikstofdepositie, de moderne bosbouw gaat nu uit van een forse extra houtopbrengst door stikstoffertilisatie, in combinatie met CO2-fertilisatie.

Volgens schattingen van J. Quinn Thomas in Nature Geoscience in 2009 kan door stikstofertilisatie 40 procent extra bosgroei optreden vergeleken met voor de Industriële Revolutie. Wel bestaat veel discussie over de mate waarin die extra groei optreedt. De populaire naam voor extra houtopbrengst is nu ‘carbon storage’.

In het Nederlandse veldonderzoek is Waldsterben uitgestorven. Alle bosmeetnetten die ‘gezondheid’zouden meten werden in 2000 opgeheven. ’Rond 1996 was er geen belangstellig meer voor zure regen en bos, en toen bloedde dat onderzoek dood’, herinnert Van den Burg.

‘Toen ik vertrok in 1998 en de afdeling verhuisde, werden complete onderzoeksarchieven over het onderwerp weggegooid. Het had geen waarde meer en kon richting open haard, alle aandacht verschoof naar verzuringseffecten en eutrofiering op natuurbeheer.

Zelf heb ik mijn archief van 20 jaar met 23.000 titels van veldstudies over de invloed van verzuring op bos gedoneerd aan het INBO in Gent. In Nederland was geen belangstelling meer voor die kennis.

  • dit artikel is een bewerking van mijn verhaal voor biologenkrant bionieuws uit 2010.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *