Tien dagen Zuid Engeland dompelt je onder in het Engelse wegennet, waar de term ‘slow’ en ‘slow down’ ontelbare malen op het asfalt staat gemarkeerd, vaak voorzien van snelheidscamera’s. Veel wegen lijken ge-evolueerd uit rond heuvels kronkelende karrensporen waar vanwege ‘de vooruitgang’ wat asfalt op werd gelegd.
Maar qua snelheid werden straten (nog) niet op het autoverkeer aangepast, zoals in Nederland. Hier rijd je in rechte lijn van A naar B, terwijl de Engelsen met Victoriaanse tegenzin rond ‘De Vooruitgang’ blijven kronkelen.
De chauffeur moet zich bij het tempo van de wegen door de countryside aanpassen. De Britten hebben een aantal racebanen, dat zijn de M-wegen. Maar het landschap lijkt zich veel langer te verweren tegen onvermijdelijke asfaltering, dan bij ons. Daar zijn al die mega-ingrepen in de jaren zeventig tot negentig al afgerond.
Wel zie je dat door het gegroeide autoverkeer nu alsnog een aantal hoofdwegen verdubbeld worden. De M-wegen zitten regelmatig potdicht, richting Cornwall is de M5 vaak een verkeersinfarct. Dat schijnt iets van de laatste 20 jaar te zijn.
Je hebt regelmatig wegen, ook met een A-nummer waar niettemin soms nauwelijks twee auto’s elkaar in tegengestelde richting kunnen passeren. Dat nodigt uit tot hoffelijkheid, dat je zelf in een inham parkeert zodat de ander voor kan gaan.
De snelheidsboetes schijnen ook ongenadig te zijn, dat je direct honderd pond aan je broek krijgt voor zelfs de kleinste overschrijding. Laten we hopen dat de schade meevalt. We zijn alvast zonder kleerscheuren over alle roundabouts (rotondes) gekomen, die soms nogal verwarrende rotondes terwijl je links moet rijden.
We reden vanuit de punt van Cornwall over de A30 en A303 terug naar Folkestone. Halverwege in Wiltshire rijd je dan pal langs Stonehenge. Je krijgt gewoon vierhonderd kilometer relatief ongeschonden countryside geschonken, alsof je permanent rijdt door een opgewaardeerde versie van Zuid Limburg waar niet alle heggen zijn verwijderd.
Landschap verzet zich tegen ‘de Vooruitgang’
Ook die A3 gaat pas bij London over in de M3, zo’n mega-startbaan die vergelijkbaar is met de A-wegen als de A1 in Nederland. Bij ons zijn wegen als kaarsrechte ‘van A naar Beter’-weg aangelegd. Hier op ons traject zie je dat men pas recent enkele hoofdwegen aanpast op de snelheid van de moderne tijd, en haar groeiende behoefte aan wegcapaciteit.
Alsof het oude Engelse landschap zich tot het laatst toe heeft willen verzetten tegen ‘De Vooruitgang’, die om efficiency vraagt omdat tijd en geld 1 zijn. Je zou ter illustratie bij die weemoed over ‘de Vooruitgang’ de roman Wolf Solent moeten lezen van John Cowper Powys (1876-1963).
Die leefde in die razendsnelle omslag die de twintigste eeuw bracht. Hij ziet als teken van doem, zijn ondergang, het verlaten worden door zijn jonge vrouw voor het eerst een vliegtuig vliegen, die met zijn gezoem de natuurlijke en historische atmosfeer teniet doet.
Eenmaal terug in Nederland rijd je tweehonderdvijftig kilometer door kaal industrieterrein met asfalt, beton, windmolens, elektriciteitsmasten. Hier is het hele landschap enkel functioneel, schoonheid is hier nooit een overweging geweest.
Wat is Nederland in vergelijking met Zuidelijk Engeland (de lelijke dieptepunten zijn er ook) ongelofelijk LELIJK, alle moderne nieuwbouw is ook huiveringwekkend, onmenselijk en kotslelijk. Het mag alleen functioneel zijn, rechthoekig, vloeken met de natuur.
En wat is me dat bij de Britten ongelofelijk meegevallen, al is mijn beleving mogelijk selectief omdat je de landelijke plekken van Zuidelijk Engeland opzocht. Zie enkel dit dorpje Altarnun in Cornwall, je verzint het niet:
Maar dan nog, hoe kun je anders wel vier- vijfhonderd kilometer onafgebroken door schoonheid rijden? Er is een organische symbiose tussen menselijke bouwsels, de cottages en boerderijen met de natuur. Met als hoogtepunt al die kronkelwegen omzoomd door wallen en heggen. Een weggetje voor autoverkeer als natuurreservaatje op zich. Was het leven niet zo duur in Engeland, dan zou je er zo naartoe willen emigreren.
- Oh ja, het blijkt dat het fotokabeltje al die tijd gewoon in de fototas zat. Dus zie je nu weer mijn eigen fotografie. Maar Afke heeft er als kunstenares ook best kijk op…