Oervogels kijken in Beierse Bahama’s

Oervogel Archeopteryx in Eichstatt, moet je zeker eens bezoeken, machtig museum en omgeving

In dit zaterdagse archiefverhaal mijn publicatie voor ‘De Gids’ van dagblad Trouw uit 2009. Rond het Beierse Solnhofen duiken jaarlijks nieuwe uitgestorven dieren op in versteende gedaante. De amateur-fossielenjager die een nieuwe diersoort vindt, kan via de wetenschap onsterfelijk worden.

Vergeet even de oppervlakkige B-clichés in Beieren, de bier, bratwurst en BMW. We reizen 150 miljoen jaar terug en belanden nu in een tropisch vakantieparadijs: de Beierse Bahama’s. Solnhofen, in natuurpark Altmühltal ligt in een tropische zeearm met eilandjes en koraalriffen. De wereldtemperatuur ligt meer dan vijf graden hoger dan nu. Door de lucht zeilt oervogel Archaeopteryx van boom tot boom, krokodillen liggen op de loer en kleurige vissen zwemmen tussen de riffen in zee.

Dit is Beieren door de bril van de fossielenjager. De grootschalige kalksteenwinning die al eeuwen plaatsvindt in de regio Solnhofen legt continue een subtropisch oerbiotoop aan de oppervlakte uit de Jura. In die blootgelegde oerwereld duiken nog jaarlijks uitgestorven diersoorten op. Alles komt boven, van krokodillen, tot tropische kwallen en rifhaaien, die door kalksediment werden begraven na door de dood te zijn verrast.

Kalkwinning uit de Jura bij Solnhofen

Het fossiel dat Solnhofen wereldberoemd maakt is de oervogel Archaeopteryx lithographica, met veren maar ook tanden en dinostaart.

Fossiele vogelspotters blijven deze duifgrote oervogel vinden, in 2005 werd nog het tiende exemplaar ontdekt.Letterlijk vertaald betekent de naam‘oude vleugel van drukwerk’, vernoemd naar de Solnhofer kalksteenplaten die voor litho(=steen)grafie worden gebruikt. De oervogel is populair toeristentrekker. Archaeopterix heeft ook net als Linda en Matthijs zijn eigen tijdschrift, Archaeopteryx, maar dan wetenschappelijk verantwoord.

Fossielen jagen bij Solnhofen

Ondanks protest van Beierse musea is de laatste en volgens ingewijden mooiste oervogel nu gevlogen naar een universiteitscollectie in de Verenigde Staten.“Beieren is de enige deelstaat in Duitsland die zijn bodemvondsten niet tegen export beschermt”, zegt Martin Roeper, directeur van het Burgemeister Müller Museum in Solnhofen.

Meteen al een ammoniet

Het museum heeft twee originele oervogels in bezit, het Jura Museum in het nabijgelegen Eichstatt ook. “Commerciële fossielenjagers kunnen hier dus hun slag slaan, wij willen dat die vondsten bewaard blijven voor de wetenschap.”

Een tussenoplossing waarvan fossielenjagers, toeristen en Duitse wetenschappers profiteren is ook mogelijk. Bovenop een berg bij Mühlheim, vijf kilometer van Solnhofen verschijnt nu een steengroeve die speciaal is afgegraven voor de fossielenjacht: de Fossieliensteinbruch Mühlheim. Zowel amateurs als wetenschappers kunnen zich hier te buiten gaan met hamer en beitel, het geologische gereedschap van de fossiele jager en verzamelaar.

Solnhofen fossielen-museum, Beieren met Martin Roper

Het nieuwe publiek-private initiatief heet Geomnia en komt van de Beierse Statsammlung, Duitse universiteiten en een steenhandelaar. Voor fossielenjagers is de groeve bij Mühlheim bijzonder dankzij de nieuwe kalksteenlagen, de zogenaamde Mörnsheimer Schichten. Deze steenlagen zijn jonger en zachter dan het Solnhofer kalksteen, en fossielen bevatten meer detail.

Tot vorig jaar waren deze steenlagen witte plekken op de fossielenkaart. Net als een ontdekkingsreiziger in een maagdelijke jungle, kun je hier diersoorten vinden die nieuw zijn voor de wetenschap. “De meeste vissen die je als toerist vindt, en schelpdieren als ammonieten mag je gewoon meenemen”, zegt beheerder Ralf Poeschl van de Fossielensteinbruch bij Mühlheim.

Kalksteen in groeve Solnhofen

De berg waarop de groeve ligt, biedt een spectaculair uitzicht over het dal van de Altmühl, een zijrivier van de Donau;

“We kunnen de fossielen ook voor je prepareren en inlijsten. Alleen nieuwe reptielen en oervogels zul je moeten afstaan aan de wetenschap. Als het om een nieuwe soort hagedis gaat wordt hij wel naar de vinder vernoemd. Een nieuwe oervogel zou dan bijvoorbeeld Archaeioteryx rypkeri heten. Wat iedereen leuk vindt bij ons, is dat je niet alleen fossielen mag zoeken, je vindt ze ook.”

Fossielenjager Poeschl

Poeschl zegt niets teveel. Eén minuut peuteren tussen twee kalkplaten met hamer en beitel levert al een ammoniet op. Dit schelpdier is het logo is van het Altmühltal. De kalkplaten laten als bladzijden van een boek los. De plek raakt niet snel uitgeput, de Mörnsheimer Schichten zijn een veertig meter dik boek met bladzijden vol fossielen. Ook kleine visjes met taaie schubben verschijnen, voorlopers van moderne vissen. ‘Es hat mich begeisterd’, roept een bezoeker enthousiast.

..ook toen zagen koraalvissen er al stoer uit

De Mörnsheimer aardlagen zijn voor de wetenschappers een ‘gat in de paleontologische markt’. Voor Poeschl zijn de fossielen een tweede carrière.

“Ik deed ICT-werk bij een bank”, zegt Poeschl.”Nu ik bijna vijftig ben besloot ik om de laatste vijftig jaar van mijn leven iets te doen dat ik echt leuk vindt. Ik zoek al 40 jaar naar fossielen, en als deze plaats genoeg fossielenjagers trekt worden fossielen nu mijn broodwinning.”Behalve inkomsten en ontspanning, leverde de Fossielensteinbruch Mühlheim voor de wetenschap al een nieuwe hagedissensoort op. De wetenschappers van Geomnia publiceren hier binnenkort over.

Poeschl legt net de laatste hand aan een heuvel op het terrein in de vorm van een reusachtige ammoniet. Als een bulldozerkunstenaar schuift hij de schelpvorm samen uit samengeveegd kalksteen, waarop een bierstube komt met hangplek voor fossielenjagers.

Fossiele koraalriffen in Altmuhltal

Sommige Beierse tradities blijven onverwoestbaar. “Dat wordt het uitzichtpunt, waarvandaan je het hele dal kunt overzien. We maken nog een café waar je een biertje kunt drinken en we hebben een deal met een restaurant in Mühlheim. Die kunnen op bestelling maaltijden brengen.”

We beitelen nog even door. Maar net als bij de levende natuur is ook bij het waarnemen van de uitgestorven natuur een dosis geluk nodig. Met al die ammonietjes wordt onze naam niet onsterfelijk vanmiddag.

Een oervogel en een ammoniet, of is het een Nautilus?

Ook nieuwe oervogels laten zich niet zien. En dus zijn we voor echte Archaeopteryx-exemplaren aangewezen op de fossiele ‘dierentuinen’van de regio: het Jura Museum van de Beierse Statsammlung in Eichstatt, en het Bürgermeister Müllermuseum in Solnhofen. Eindelijk staan we hier oog in oog met evolutie-icoon Archaeopteryx in originele vorm. Die nieuwe vogelsoort kunnen we weer aankruisen in ons boekje.

  • deze reisreportage verscheen in De Gids van Dagblad Trouw op 20-6-2009: uw Rechtse Hippie houdt even blogvakantie en recyclet daarom uit zijn archief wat reisverhalen. Recycling is hartstikke duurzaam en circulair!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *