Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) misleidt de Nederlandse bevolking niet alleen over de nationale biodiversiteit, zoals mijn onderzoek Sjoemelnatuur toonde. Maar ook over de mondiale biodiversiteit, en de wijze waarop je natuur het beste beschermt. Dat toont dit PBL-beleidsreclamefilmpje van 12 juni 2015
In dat filmpje zou je zelfs met de plaatsing van windmolens en zonnepanelen in natuurgebied- zoals Nederland nu doet met Kabinet Rutte3- ‘de biodiversiteit’ herstellen. In plaats van dat je de bestaande natuur verwoest, zoals de massale bomenkap voor klimaatbeleid toont.
Een beleidsreclamefilmpje ‘Biodiversiteit van het PBL voor haar financier, het Ministerie van Infrastructuur (dus van de windmolens) wordt aangekondigd met ‘Is de achteruitgang te stoppen‘. Daarin vertelt met natuurfilm-achtige (oerserieuze) vrouwelijke vertelstem dat ‘sinds de industriële revolutie’ mondiaal een neergang van ‘biodiversiteit’ zou plaatsvinden ‘sinds de industriële revolutie’.
De begeleidende figuur toont een neergang van 27% van 1700-2000, een figuur gemaakt met de MSA-indicator, die is ontwikkeld door het PBL. (zie in dit artikel bijgesloten, het is de Sjoemelnatuur-grafiek)
Nadat ze eerder de zegeningen van ‘biodiversiteit’ bezingen met een symfonie er achter, slaat de muziek dan plots om in een eenzame mineur-piano. Want rampen zijn op komst door ‘verlies van biodiversiteit’.
Maar dan besluit Nederland samen met de Verenigde Naties om haar hele land en landsbestuur te veranderen voor ‘de biodiversiteit’. ….de grote omslag voor ‘biodiversiteitsverlies’ komt wanneer we windturbines en zonnepanelen plaatsen in de natuur en het boerenland. De muziek wordt weer optimistisch.
Zo probeert PBL dus een positief verband te leggen tussen het ruimteverslindende energiebeleid van de Rutte-Kabinetten, die zelfs bos kappen voor energiecentrales van RWE en Eneco, en windturbines plaatsen in Natura 2000-gebied. Zoals Windpark Fryslan in Natura 2000-gebied IJsselmeer. (En PKB-gebied Waddenzee, dus in de invloedssfeer)
Op plaatsen waar de Rutte-Kabinetten windturbines forceren slaan ze duizenden vogels per jaar uit de lucht. Kan het PBL verklaren hoe je ‘biodiversiteitsverlies stopt’ door duizenden vogels per jaar per windturbinelocatie te doden?
Dat toonde bijvoorbeeld onderzoek van Altenburg en Wymenga al bij 1 locatie bij Delfzijl. Per windturbine op een vogeltrekroute sneuvelen wel 100 of meer op papier beschermde vogels per jaar, zodat bij Delfzijl al een ‘stilstandvoorziening’ geregeld moest worden in de trektijd. Van de windturbines in de Noord Oost Polder en in aangrenzend Natura 2000-gebied IJsselmeer werden ook duizenden dode vogels per jaar vermeld.
Er zijn ook al meerdere zeearenden in de polders door windturbines gedood. En als landomzetting nu gelijk zou zijn aan ‘biodiversiteitsverlies’ (de aanname van PBL): hoe kan op hieronder afgebeelde zonnefarm nu ‘biodiversiteitsverlies’ stoppen?
Daarnaast leren we van het PBL wat uiteindelijk de ware bedoeling is na 2015 (ze verkopen 2030 Agenda):
‘Overheden en samenlevingen ondergingen grote veranderingen’,
Dus om het fictieve verlies van fictieve biodiversiteit te keren moet de gehele maatschappij, het bestuur en alle sociale verhoudingen op de schop. En we moeten ons dieet aanpassen bij wat Milieu-ambtenarij van D66 of erger zich wenst. Zeg dat dan.
Door technologie konden we meer voedsel verbouwen op minder land. We aten minder vlees en minder zuivel, zodat er minder land nodig is voor veevoer. Deze veranderingen hielpen om ‘het biodiversiteitsverlies te stoppen.
MSA-biodiversiteit van PBL betekent alles dat de overheid wil
Het belangrijkste probleem bij PBL is dat biodiversiteit bij PBL alles kan betekenen. Dus hoewel ze beweren dat (correct) biodiversiteit voor de variatie in levensvormen staat, gebruiken ze die definitie zelf niet bij hun eigen ‘biodiversiteit’-indicator. Dat is namelijk de door Robert Alkemade ontwikkelde Mean Species Abundance (MSA).
Met financiering van oa het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken, ontwikkelden ze sinds 2003 die MSA-indicator en hun Globio-database. Dat deden ze samen met oa Matt Walpole van de UNEP (Verenigde Naties). Met de MSA kun je iedere gewenste boodschap produceren die de overheid en de VN van pas komt.
Kort gezegd staat die MSA niet voor soorten, of soortenverlies (de suggestie die PBL wekt) maar voor landoppervlak. Een geschatte omzetting van landoppervlak in bv landbouwgrond is bij PBL het zelfde als ‘biodiversiteitsverlies’. Voorbeeldje: wanneer PBL beweert dat Nederland nog ‘15% Biodiversiteit’ over heeft, en ‘85% biodiversiteitverlies’ had, dan staat dat enkel voor de hoeveelheid officieel natuurgebied en bos op land.
Er is in het geheel niet met soorten of populaties van soorten gerekend ( = biodiversiteit), maar PBL wekt de suggestie van wel. Ook met de naam van de indicator Mean Species Abundance. De MSA van PBL is dus voor misleiding ontworpen, en wordt onder andere in het Common Ground in biodiversity footprint-rapport (2018) door de ASN Bank van het Ministerie van Financiën ingezet om ‘Biodiversity Offsetting’ te verkopen.
Zeg maar een soort CO2-compensatie voor ‘biodiversiteitsverlies’, dat ze bij bedrijven willen opdringen om geld te kunnen verdienen met ‘biodiversiteitsschuld’ De andere naam daarvoor is ‘Natural Capital’.
De details over de methodische fraude van het PBL kun je in mijn onderzoek Sjoemelnatuur raadplegen, waarbij ik met de Wet openbaarheid bestuur de data opvroeg achter de Sjoemelnatuur-grafiek.
In januari stelden VVD-Kamerleden opnieuw Kamervragen over oa Sjoemelnatuur. In april kregen ze opnieuw een betekenisloos antwoord van Staatssecretaris Stientje van Veldhoven. Stientje was als D66-Kamerlid de lobbyiste van Natuurmonumenten, zo bevestigt ook Bjorn van den Boom van Natuurmonumenten.
De Sjoemelnatuur-grafiek die ik onderzoek, zeg maar de Hockeystickgrafiek van onze natuur, die heeft PBL dit jaar vervolgens verwijderd van internet. In december 2015 had Jacco Geurts (CDA) er al Kamervragen over gesteld.
Ook dit filmpje toont de afwezigheid van wetenschappelijke integriteit bij het PBL. Zo er een verband is tussen ‘biodiversiteit’ en het huidige Energietransitie-beleid van de Rutte-Kabinetten dan is dat louter negatief. Zo geeft het Ministerie van Klimaat (RVO-ambtenaar Meindert Smallenbroek) een geschatte 960 miljoen euro aan RWE om bos bij te stoken in de Eemshavencentrale.
Voor dat subsidiebedrag sneuvelt dan tienduizenden hectares bos, en er komt 10 Megaton CO2 bij vrij in 10 jaar tijd (bij SDE+-subsidiebedrag van 15ct per kilo hout, 33 euro/MWh). Hoe zulk beleid ‘het biodiversiteitsverlies stopt’, dat mag het PBL dan aan de Tweede Kamer uitleggen.
Mij is dat onduidelijk.
Het PBL krijgt jaarlijks een geschatte 30 miljoen euro van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (Asfalt en Windmolens) om Kabinetsbeleid een wetenschappelijk verkooprandje te geven. Op termijn is er voor zulke ambtelijke reclamebureaus geen plaats in Nederland.
Waar we behoefte aan hebben is feitelijk juiste voorlichting over de natuur. Geen belangengekleurde propaganda, met indicatoren die alles kunnen betekenen dat de ambtenarij zich wenst.
Wat is Biodiversiteit dan wel, PBL?
‘Biodiversiteit’ is de in 1986 door Amerikaanse biologen (Walt Rosen & Thomas Lovejoy) uitgevonden nieuwe naam voor wat vroeger ‘de natuur’ heette. De gangbare definitie van biodiversiteit is soortenrijkdom en populatiegrootte. Dus bijvoorbeeld hoeveel soorten vogels er in een weiland leven. En hoeveel individuen per vogelsoort.
Het verband tussen soortenrijkdom en populatiegrootte is als volgt: Stel, er leven maar 2 kieviten. Dan hoeft een vos er maar 1 te pakken en ze kunnen geen kindjes meer maken. Leven er wel 100 kieviten (populatie), dan kunnen ze volop kindjes maken en sterven ze dus minder snel (lokaal) uit.
Het PBL doet dus ALSOF ze de gangbare definitie gebruiken- dus soortenrijkdom en populatiegrootte- maar hun MSA-biodiversiteit gebruikt geen van beide. Ze doen dus aan doelbewuste misleiding, en de bewijslast ligt bij PBL om aan te tonen van niet. Maar dat kan niet, want ik weet 100% zeker dat het klopt wat ik hier schrijf.
Zoals serieuze wetenschappelijke publicaties tonen als van Maria Dornelas in Science, is er geen sprake van uniform biodiversiteitsverlies. Hoe de mondiale trends in elkaar steken en wat de relevante literatuur vermeldt, dat kun je lezen in ons rapport ‘Biodiversiteitscrisis, Massauitsterven of Massahysterie’.
Er is nu geen sprake van massa-uitsterven op aarde. Van de diergroepen met de beste data die ons ter beschikking staan, vogels en zoogdieren verdween ongeveer 1% van de soorten sinds 1500.
Om voor een massa-uitsterven te kwalificeren moet minstens 75% verdwijnen. De 27% ‘biodiversiteit’ die het PBL doet verdwijnen mondiaal met haar MSA van 1700-2000 is dus slechts het geschatte landoppervlak dat werd omgezet voor menselijk gebruik sinds 1700. Dat berekenen ze met hun Hyde-database (Klein Goldwijk et al 2001)
Die 27% aan omgezet land in iets anders, zoals landbouwgrond of veeteelt, dat betekent niet dat dus 27% van alle SOORTEN verdween. Het PBL wekt wel die suggestie, ook met de naam Mean Species Abundance. (MSA) En die suggestie is dus misleidend.
De vraag is dus niet of het ‘goed/slecht’ gaat met ‘de’ natuur. Dankzij het Kabinetsbeleid van De Energietransitie en de Klimaatwet heeft het er nog nooit zo beroerd voor gestaan voor die natuur, zoals ons bomenbestand. Je moet daarom juist precies zijn met wat je bedoelt, heldere en verifieerbare definities hanteren voor ‘biodiversiteit’. En geen onzin verkopen, zoals het PBL als ‘nationaal instituut voor strategische beleidsanalyse’ bij herhaling doet.
Het PBL stelt zich consequent op als verkopers van beleid, niet als kritisch analist.