Roemloos einde twee trotse Friese rivieren in Kuinre

De sluis bij Kuinre tussen De Linde en de Tjonger

In dit zaterdagverhaal reizen we naar het dorpje Kuinre (Overijssel). Dat ligt op een soort ‘3 Provinciepunt’ tussen Flevoland, Friesland en Overijssel. Je kon bij de sluis een ijsvogeltje zien vissen op baarsjes. Hier eindigen twee trotse rivieren roemloos op een viaduct waar ‘AIDS’ op staat geschreven.

Het dorp kan vernoemd zijn naar de Stellingwerfse naam van de Friese rivier de Tjonger, de Kuinder die hier in de Zuiderzee uitmondde. Mijn kaart van Friesland die Ortelius tussen 1570 en 1624 uitgaf noemt het dorp ook ‘Kuynder’.

Het Stellingwerfs is het Saksische dialect in het Zuid Oosten van Friesland, waarin plaatsen als Wolvega liggen. Die Kuinder loopt samen met die andere echt Friese rivier, de Linde dood in het dorpje. Alsof een DJ Stairway to Heaven (Led Zeppelin) laat horen waarna hij het einde wegdraait en er zelf door gaat leuteren.

Waar Kuinder en Linde eerder als slotakkoord van een sonate in de Zuiderzee uitmondden, migrerende vis met zich mee brengend op zoek naar de paaigronden.

Een toestand van verveling, ingekerfd in provincie-beton. Hier je bestaan eindigen…

Een in 1985 gebouwde sluis in het centrum van Kuinre houdt het water van de Linde tegen. Daarachter begint dan de ‘Tussen-Linde’, een stukje gekanaliseerde Tjonger dat doorloopt tot aan Schoterzijl in Friesland: daar begint nu volgens de Atlas de ‘echte’ Tjonger, de Kuinder.

Die rivier meanderde vanuit de zuidoost-punt boven Oosterwolde en Donkerbroek van Friesland via Heerenveen naar de Zuiderzee. De Tjonger/Kuinder en Linde botsen in de sluis van Kuinre via een kunstmatige omleiding als het ware op elkaar. En dat is het dan.

Heb je als rivier daarvoor het Friese land door gemeanderd. En dan moet je zo eindigen, in een sluis onder een betonbrug uit 1989 waar een verveelde jongere ‘HiV/Aids’ op het provinciebeton kladde.

Waar de Linde in haar bovenloop nog een natuur-rivier lijkt, mede door natuurherstel-projecten: alsof de tijd sinds Henric de Crane (1196) stilstond

De Tjonger vormt de taalgrens tussen de Friestalige delen en het Saksische Stellingwerf. Volgens deze historische webstek, is de rivier Kuinder echter niet de naamgever aan Kuinre. Het zou een afleiding van ‘Cunera’ zijn.

En dat is weer een katholieke martelares, die ooit met een wurgdoek vanwege haar geloof om het leven werd gebracht. Door een heidense prinses met wraakneigingen. Maar door paarden die lucht van haar onchristelijk gedrag kregen zou die prinses vervolgens verraden worden.

De Friese naam Tjonger zou eerder op schrift zijn verschenen dan ‘Kuinder’. Maar de bron van die claim is een trotse Fries en zulke historici kunnen dan ‘bijzonder gemotiveerd’ zijn.

Want de naam Frisia en Vrieslant bestond ook eerder dan ‘Fryslan’. De laatste naam is de uitvinding van mensen die met ‘ver-Friezingen’ hopen de Friese cultuur te redden. Terwijl onze stellingname is dat landschap, habitat en de menselijke natuur, de mentaliteit een cultuur maken. Taal kun je altijd nog leren.

Natuur kun je niet leren. Dat is er of niet. Identiteit die je kunt leren met een cursus Fries is zo krachtig niet als ‘de aard van het beestje’.

Een truttig kanaaltje in een pre-fab sociale huur-wijk, zo oogt de Linde bij de laatste 100 meter van haar bestaan in Kuinre

De webstek Kastelen in Nederland stelt dat de naam Kuinre al in 1165 verscheen in een oorkonde, toen de Utrechtse bisschop Godfried van Rhenen grond schonk aan een club Friezen. Voor de ontginning van wildernis op een handelsroute die later de heerlijkheid Kuinre zou worden.

Die bisschop (of 1 van zijn navolgers) had in Rhenen zijn eigen burcht, een ‘Horst’. De Wageningers hadden weer ruzie met de bisschop, en bouwden als antwoord de Tarthorst: een eigen burcht van waaruit ze deze oorlogs-zuchtige ‘geestelijke’ konden ’tarten’.

Burcht in Kuinderbos van Henric de Crane

Er verscheen een burcht bij Kuinre, waar volgens lokale bewoners ‘roofridder’ Henric de Crane uitvallen deed naar de Friezen. De dorpstraat van Kuinre is naar de ridder vernoemd. Kastelen in Nederland noemt De Crane een bisschoppelijk ambtenaar.

Die ging een beetje op eigen houtje voorbijgangers brandschatten als Centraal Justitieel Incassobureau, naar eigen inzicht mensen boetes opleggen met het gewelds-monopolie in de hand.

Zodat hij Charles Eames Softpad Bureaustoelen in zijn ontvangsthal kon aanschaffen. Zoals bij het CJIB in Leeuwarden, design-stoelen van 25 mille per stuk. Zijn onze corrupte lieg-bestuurders als Ed Nijpels -rover van 107 miljard euro van burgers gebrandschat geld (Energieakkoord) niet de moderne ‘roofridders’?

Het kanaal dat de Tjonger en Linde verbindt, de ‘Tussen Linde’, hier liep ook de vroegere Tjonger langs naar de Zuiderzee

Henric de Gouden Crane: Tjibbe Joustra (VVD, welke partij anders)
Wie herinnert zich nog, hoe het latere hoofd van burgerspionage-dienst AIVD, Tjibbe Joustra (VVD/Nijpelitaanse Maffia, eerder D66) op publieke kosten gouden kranen installeerde, kersenhout en marmer in directiekamers bij het werklozeninstituut UWV waar hij voor ‘CEO’ (2001-2003) mocht spelen? Dat onthulde RTL Nieuws toen, met bij het UWV gedraaide beelden.

Die verbouwing/’restyling’ om de directiekamers Joustra-proof te maken kostte 3,7 miljoen publieke euro’s, exclusief alle politieke nasleep-kosten. (Commissie Meijer)

Als ‘straf’ kreeg Joustra daarom in 2004 een nieuw publiek betaald baantje, als ’terrorismebestrijder’. Want ach, als je al 15 jaar LNV-topambtenaar was/’een van ons’, dan kun je altijd weer in de publieke moederschoot terugkeren. De Staat der Nederlanden zorgt goed voor hen, die de macht helpen toedekken.

Zijn vervanger Pieter Jaap Aalbergsberg die Blue Tiger Studio nu onder ’terrorisme’ schaart, die hielp in de jaren ’90 het Rolodex-onderzoek naar pedofiel Joris Demmink frustreren. En Joustra is nu toezichthouder bij de publieke omroep (NPO)

VVD-roofridder Tjibbe Joustra….

Deze Roofridder met zeer Friese naam, hij schreef in 2010 het verkiezingsprogram van de Vereniging Voor Dieven (VVD) En wat doet Roofridder Joustra nu met van burgers brandschat geld als moderne versie van Henric de ‘Gouden’ Crane, ? We citeren Geenstijl:

Zo werkt Joustra slechts drie dagen per week, maar ontvangt 10% bovenop zijn salaris a € 9098,- per maand vanwege de bereikbaarheid. Ook bestaat zijn hofhouding uit een splinternieuwe Audi A6 + chauffeur en ook zijn favoriete secretaresse (dubbel D) verhuist mee.

Hier zie je de het Kanaal naar de Tjonger en de ‘Tussenlinde’ verder naar zijn doodlopende monding lopen langs Kuinre

Roofridder Joustra van zowel D66 als de Vereniging Voor Dieven (VVD) werd voorzitter van de Onderzoeksraad voor Veiligheid…. 🙂 Je verzint zoiets niet. En als Raad van Toezicht bij Staatsbosbeheer ziet hij toe op de roofbouw van bos, bij Rijks Universiteit Groningen op de verdere corrumpering van het academisch klimaat.

Ook toen in 1196 was de (r)overheid al de vijand van de burger. Sindsdien zijn mensen er langer aan gewend, dat iemand zichzelf ‘bevoegd gezag’ gaat noemen. Als maar lang genoeg erkend is dat gewapend verzet tegen dominante maffia-families geen zin meer heeft.

Hooguit kun je het brandschatten en intimideren van de bevolking via partijnamen als VVD of D66 of PvdA een wat diverser aanblik geven. En zolang we nog welvarend zijn, komt niemand in opstand. Mensen vinden een veilig gevoel en volle maag belangrijker dan ‘vrijheid’. Het was liberaal John Stuart Mill in zijn essay ‘On Liberty’ al opgevallen hoe onverschillig mensen voor het doel ‘vrijheid’ konden zijn.

Terwijl volgens hem individuele vrijheid de basis van menselijk geluk zou zijn.

Kuinre is een eeuwenoud dorp en heeft zowel een katholieke als protestantse begraafplaats. De heerlijkheid Kuinre werd door een bisschop ter ontginning geschonken aan een stel Friezen.

De begraafplaats langs de Linde

Prachtige dodenakker

De ‘Tussen-Linde’ – de nep-Tjonger -loopt verder langs het Friese land, als scheidingsvlak tussen Overijsselse ‘Buitenpolder achter Kuinre’ en Fryslan

…en loopt langs het Kuinre Worstdijk-gemaal

Bij Schoterzijl ontmoet de Tjonger de ‘Tussen-Linde’

..en daar op de Tjonger/Kuinder zie je grote zaagbekken ronddobberen

De Tjonger van Tjibbe
Hieronder een foto van de Kuinder in de bovenloop bij Donkerbroek, een gekanaliseerd riviertje dat toch nog een beetje meandert, door het via ruilverkavelingen strakgetrokken boerenland.

De Kuinder/Tjonger bij Donkerbroek

En zie hier ook de bovenloop van de Linde bij Peperga, de plaats waar de vader van Peter Stuyvesant, Stichter van New York nog predikant was.

De Linde bij Parrega jn de Lindevallei

Dan is zo’n sluis als knooppunt toch een roemloos einde, voor twee trotse Friese rivieren die zich een weg richting de Zuiderzee wilden meanderen. Terwijl sommige historici stellen, dat ‘Tjonger’ vernoemd is naar Tiona, het oud Fries voor ‘schade doen’ . Je zou de Tjonger dus ook Tjibbe kunnen noemen, naar de VVD’er die de maatschappij zoveel schade berokkende.

Tjonger jonger. En die juist dankzij zijn kwestieuze optreden door ‘De Machten boven ons’ aan steeds nieuwe baantjes is geholpen.

Ging het toen over schade door buiten de oevers tredende rivieren, de Tjibbes van deze wereld gaan over morele grenzen.

Het roemloze einde van twee trotse Friese rivieren: zie je het IJsvogeltje zitten?

Is ze niet prachtig?

Her en der doen waterschappen met natuurclubs wel hun best de bovenlopen wat ‘natuurlijker’ te doen lijken, de harde beschoeiingen er uit. Maar het sterven van Tjonger en Linde in de schoot van 1 sluis met ‘HIV Aids’ op het beton er boven gegraveerd: Je kan de geschiedenis niet meer terugdraaien.

Je kunt wel bidden dat Joustra net zo roemloos aan zijn einde komt, met HIV/AIDS er op geschreven. Maar dan, zijn wij allen geen zondaars en dienen we dus het Oordeel beter aan God over te laten.

3 Replies to “Roemloos einde twee trotse Friese rivieren in Kuinre”

    1. Uiteraard, wat schreef ik dan? Of zat de naam Parrega in mijn hoofd….daar was ik afgelopen week nog, in dat geval: dank voor de correctie

      1. Kuinre was voor mij een ontmoetingsplaats in mijn jeugd jaren 1952
        meestal was het de instuif rond de vijver, waar wij bij ietsje slechter
        weer binnen gingen sjoelen ,dammen enz/. In deze tijd hadden wij
        na sluitingstijd 2200 uur nog een achterommetje in het midden
        van de H.Cranisstaat waar een snakbarretje was en deze meneer
        deed dan de achterdeur voor ons open en wist dat wij dáár nog
        wel het een en ander zouden nuttigen. Nu ben ik al 83 jaar en schilder
        voor diverse Toneelgroepen en mijn eigen boeken vol met schilderijen
        van vroegere tijden waar Kuinre niet bij mag ontbreken.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *