Bij Het Roode Klif/Reade Klif hielden we afgelopen zaterdag om 1400 een vrijheidsfeestje, om de uitgave van mijn fotografisch en literair debuut ‘Liever dood dan Slaaf’- Een Pelgrimstocht door de Friese Natuur op zoek naar Vrijheid- te vieren met ongeveer 25 genodigden.
Fries troubadour Bruno verzorgde het muzikale gedeelte, mijn vrouw/ directrice deed de catering samen met een goede vriend van ons met camper. Vervolgens hielden we een feestelijke signeersessie met hapje en drankje met genodigden van Groningen tot Spijkenisse.
Vrij mens tussen de zombies
We troffen de enige mooiweerdag in afgelopen grauwe maand, en ik verzorgde een toespraak over ‘wat ons nog samen bindt’ die je op mijn Facebookpagina kan beluisteren. Mijn antwoord is dat een bepaalde mentaliteit je samen brengt. Iets menselijks waarin je een ander herkent. Dat is niet meetbaar maar wel voelbaar en je ervaart dat in anderen.
Je ziet ook dat al die mondkap dragende zombies dat niet hebben, die je dat gevoel geven van een Horror-B-film in de winkel. Dat zijn systeemslaven en hier is geen tussenweg of ‘andere mening’ mogelijk: wat heb je aan een mening die onwaar is. Er is ook geen ‘pandemie’, wel is er een tirannie en een massapsychose van coronoia, gefaciliteerd door technocratisch nihilisme.
Zo kan ik meer verwantschap ervaren met mijn moslim-baardkapper in levensopvatting over Het Heilige dan met D66-gespuis, ook al kunnen die regenboogvlag zwaaiende nihilisten/globalisten etnisch gezien misschien dichter bij je staan.
Hoewel je een degelijk stuk academisch werk zeer kunt waarderen, kun je met vissers van Wieringen en Urk meer delen dan met dat ambtenarenspul op moderne academies, dat op jacht naar onderzoeksgeld wat modieuze signaalwoorden etaleert. Omdat zij nog echte mensen zijn.
Ook kun je met een provincie-Fries die ‘geef Frysk’ praat (zuiver Fries) minder delen, dan met Friezen om Utens of afstammelingen daarvan die wel ‘de mentaliteit’ hebben. Je zult hier gaandeweg ontdekken dat tenminste de helft van wat zich ‘Fries’ noemt zeker niet ‘nuchter’ is, maar ‘schuchter’, bangig, afgunstig of zelfs vijandig naar wat een grotere woordenschat heeft dan een hond of koe, gewend om andermans instructies nauwgezet na te volgen en dat ‘verstandig’ te noemen.
Dat je anderen van ‘negativisme’ beschuldigt, als vorm van projectie en ‘spiegelen’ omdat je zelf iemand met meer talent dan jij wilt neerhalen. Opdat je jezelf niet minderwaardig hoeft te voelen gemengd met valse grootheidswaan, ‘bekrompenheid’ is immers ‘arrogantie in een nauwer jasje’. Dat minimalisme is- historisch gezien- juist zeer on-Fries, want de Friezen zwermden met hun talenten uit over de gehele wereld, als handelaren, veefokkers, als ambachtsmensen, zeelieden.
Zangers, poeten. Het Fries klinkt ook zoveel zangeriger dan het Nederlands, de taal van de Belastingdienst en registratieplichten.
De taal komt vanzelf wel nadat je mijn boek hebt gelezen, en je ervaart de verwantschap met De Friezen en hun natuurlijke historie. Ondergetekende werd Nederlandstalig opgevoed, maar praat nu als het even kan weer Fries, dankzij de positieve associaties die mijn pelgrimstocht door de Friese Natuur op zoek naar Vrijheid opleverde.
Dat je ‘Fries’ niet meer associeert met knellende provinciegrenzen, met een volgzame en onderdrukte atmosfeer, met een eeuw braindrain en een Calimero-complex naar ‘Den Haag’, dat een minderwaardigheidscomplex wil compenseren met asfalt en infrastructuur op Haagse subsidies.
Maar met de glorie van weleer toen onze invloedssfeer tot Denemarken strekte. Zo bedacht ik me dat alle gedoe over ‘het Waddengebied’ of ‘De Waddenzee’ eigenlijk een taalkundige coup is op onze historische invloedssfeer.
De Waddenoligarchie, bureaucratische bezettingsmacht
Immers, De Waddenzee als naam bestond voor 1900 nog niet. Harlingen lag aan de Zuiderzee. Er bestonden uiteraard wel ‘wadden’ als getijdenvlakten van zeeklei, het gebied onder Ameland/Schier werd ook zo genoemd, maar die naam was een typering van het gebiedstype aldaar.
Zoals je ook ‘Mieden’ hebt voor vochtige hooilanden. Wie ‘Miedema’ van achternaam heet, die stamt dus af van mensen die zich naar het hooiland uit de buurt lieten vernoemen.
Dan heb je nog een gebied waarmee de rechtmatige bewoners iets kunnen oogsten, waar zij als rechtmatige inwoners zonder ‘maar’ mogen verblijven. Maak je er ‘Unesco Werelderfgoed Waddenzee’ van, dan onttrek je het lokale leefgebied van echt bestaande mensen aan hun invloedssfeer, en trekt dit binnen de invloedssfeer van een globalistische bureaucratie, met haar nationale en regionale afsplitsingen.
Nu heeft hun Haagse overheid met hun Rijkswaterstaat een cordon van bemoeimachten gebouwd rond ons Frisia, een bureaucratisch spaghettimonster rond ons getijdengebied, onder aanvoering van zo’n VVD-hete-aardappel uit Wassenaar, Bas Eenhoorn. Een commissaris van hun Koning, Arno Brok, is nu voorzitter van een Regiecollege, en links subsidiegraaiend gespuis van D66 of erger verenigde zich in een publiek gefinancierde vergaderclub Programma Rijke Waddenzee, die private belangen najaagt voor Postcode Loterij-clubs.
Daar zit niet enig goed mens bij. Zij kaapten ons Frisia, noemen dat ‘De Wadden’, maken daar fotoboeken van en films waarin ‘de mens’ enkel als recreant of bezoeker aanwezig mag zijn, terwijl de rechtmatige bewoners in papieren kluisters gevangen raken van een totalitaire bureaucratie. Die vorm van despotie met fiat van Den Haag en een batterij Niet Gekozen Organisaties (ngo’s) aan het subsidie-infuus heet dan ‘natuurbescherming.’
Zij beroepen zich dan op ‘deskundigen’, ecologen. We beschouwen ‘ecologen’ hier als een werkwoord in voltooid verleden tijd: ik lieg, hij loog, wij ecologen. Wij kiezen weer voor de ouderwetse naam die Plinius de Oude al gaf aan de studie van de mens in zijn habitat: natuurlijke historie.
Groene clubs zitten alleen maar de kleine gebruikers van de natuur in de weg, de grote vernielers blijven vrijuit gaan. De globalistische krachten van de Ultimate Beneficiary Owners (UBOs) van het grootbedrijf: wanneer die een zoutwin-concessie heeft van hun Rijksoverheid, een kabelleg-concessie voor windmolens, of ze mogen gas winnen voor hun schatkist, onze bodemschatten brandschatten.
Uiteindelijk hebben milieuclubs en de UBO’s de zelfde vriend: hun Rijksoverheid die de ene hand subsidie geeft, en van de andere hand geld opstrijkt.
Ze lieten in De Harmonie zo’n randstedeling met vakantiehuis op Terschelling opdraven, een theaterwetenschapper die Friezen een klimaatpsychose aan mocht smeren, Harrum Edens, ur ur ur. En om een promotiecampagne voor zichzelf te lanceren, gemaakt door een metrojongen van D66 die zich Rozjee liet noemen. Visitwadden, in het Engels, de taal van het globalisme.
Smoke’m out.
Geen Nederlander maar een Fries
Inmiddels weet ik: met ‘Nederland’ heb ik niks, ik zou ook niet voor ‘Nederland’ vechten, dat zootje landverraders en kinderverkrachters in Den Haag. Nederlandse militairen schieten in verre buitenlanden mensen dood voor de waarden van D66/Liberals, globalisme-liberalisme, de SDG’s en gendergekte, beetje victorie kraaien voor nihilisme met homovlagje in je hand.
Een land waar ’tolerantie’ van betekenis is gewijzigd van ‘incasseringsvermogen’ naar ‘het recht op lange tenen verdedigd door hockeymoeders van D66’ (‘het recht’)
Waarom zou ik ‘Hup Holland’ roepen, wanneer Holland voor 1101 niet eens bestond en gewoon West Frisia heette. Waarom moet ik enthousiast zijn, omdat 1 of ander miljonairsjong uit Limburg na wat rondjes rondscheuren in een auto vervolgens op TV met plofkap op de champagne ontplopt. Is dat ‘wij’ hebben gewonnen?
Heb je geen TV, dan is dat ‘wij’ er niet. De televisie en massamedia zijn de enige ‘wij’-generatoren in een moderne maatschappij. De zelfde veroorzakers van de huidige massapsychose, die je een valse identiteit geven, valse hechtingen, geschiedsvervalsing, brood en spelen. De media vergiftigen je geest. Kom je er los van, dan heb je mogelijk even een ’tegen de stroom in’-momentje. Maar door meer met ‘het eggie’ in aanraking te komen, de natuur, dat wat je ruikt en proeft, word je uiteindelijk vanzelf meer mens.
Nederland, die ‘republiek der zeven provincien’ is een uitvloeisel van een Protestantse coup onder Oranje-vlag. Wat is de lelijkst denkbare kleur?
Nadat de Friese Vrijheid in 1498 verloren ging, raakte Frisia definitief op een zijspoor. Vervolgens kwam Groningen onder Saksische invloed, en zo pakten ze ook nog Ooster Lauwers Friesland van ons af. Dat gingen ze ‘Groningen’ noemen. Die entiteit erkennen we uiteraard niet in mijn fotografisch en literatair debuut ‘Liever dood dan Slaaf’. Vervolgens ging de geschiedsvervalsing verder. Men ging zich met ‘Batavieren’ identificeren, ging op koloniale rooftocht een stad zelfs Batavia noemen.
Tijdens de Franse Revolutie en Franse bezetting kwam hier een Bataafsche Republiek, alsof Flipje uit Tiel hier sinds de Romeinen de dienst uitmaakte. De Friezen zijn de stamouders van alle kustbewonende Nederlanders, het oudste volk van dit land dat zich nog steeds bij die naam laat noemen.
Zo kom je er achter, dat De Friezen een uit de geschiedenis weggeschreven volk zijn, omdat zij na hun glorierijke zege op een Haagse invasiemacht in 1345 uiteindelijk hun autonomie verloren.
Ik weet alvast: ik ben geen Nederlander noch wens ik ooit nog zo genoemd te worden. Ik ben Fries. Wie zong ‘dat zijn toch weer die Hollanders, die Stijfkoppige Hollanders’, die bedoelde daar de (West) Friezen mee, dus denk vooral buiten proviciegrenzen, in historische verwantschap en gedeelde natuur/mentaliteit. Misschien dat de Limburgers dat op eigen wijze ook zo ervaren, dat respecteer je dan wel, maar ‘Nederland’ kan me gestolen worden.
Wat is misschien wel de meest algemene achternaam buiten de grote steden? De Vries. Niet ‘Van der Wadden.’
Friezen: watjes aan de Waddenzee.
Edelgermanen, een volk van jagers, vissers, boeren en handelaren, het land met blote handen getrokken uit de zee. Niet schatplichtig aan de Juten willen zijn. De gewapende tak van de belastingdienst wordt hier nog steeds zo genoemd.
We zijn helaas de een na laatste generatie. Net als bij de Indianen in Amerika gebeurt is of bij de Aboriginals in Australië zijn ook de ‘Hollanders’ onze cultuur aan het ‘verscherven’ of zichzelf aan het toe-eigenen, zoals de wereldhoer Jan Mulder de Fryske Alvestêdentocht ‘een Hollands schaatsspektakel noemde bij de kapitaal-socialisten Barend (kuch, kuch) en Van Dorp. Niemand die het in de media mag aansnijden, de uitroeiing der Friezen. “A conspiracy of silence”, wordt zoiets genoemd. Door middel van manipulatieve psychologie een heel volk, de natives notabene, wijsmaken dat ze ‘Nederlander’ zijn. Walgelijke massamoordenaars, die ‘Duits-bloedigen’, aangevoerd door een politieke elite die een hoog klootzakgehalte scoort op de ‘scrotograaf’.