Op zaterdag 28 oktober gaat de Grutte Pier-film van Steven de Jong in premiere. Ondergetekende zal daar met nog wat baardige collegae figureren als Fries strijder. Ook schijnt in de film of vooraankondiging, een fragment van mij als spreker te zijn opgenomen bij de ‘Slag bij Warns’-herdenking.
Friese Rambo
We stuurden Steven de Jong ter inspiratie nog ons koffietafelboek ‘Liever dood dan Slaaf’ toe. De Jong woont in het Friese hartland van Hartwerd bij de Middelzeedijk. Daar lag tot aan de overgang tot de Reformatie (1580) een groot klooster, Florus Campus (Bloemkamp) dat door de protestanten vernietigd werd. Nu verwijst enkel de naam Bloemkamp op het viaduct nog naar die tijd.
Hopelijk heeft De Jong uit ‘Liever dood dan Slaaf’- zoals de bedoeling was wat inspirerende oer-Friese natuurlocatie uit kunnen halen. We dienen steeds wel te vermelden, dat de strijd van Pier Gerlofs Donia als piraat tegen de Hollanders (voor de Hertog van Gelre) niets te maken had met de Slag bij Warns (1345) waarnaar de gedenksteen met “Liever dood dan Slaaf’ verwijst’.
En ook niet met de Friese Vrijheid. Die eindigde met de bezetting door de Hertog van Saksen (1498) terwijl Pier Gerlofs Donia zijn strijd daarna begon, om in 1520 te overlijden. Hij zou als een soort Friese Rambo zijn opgestaan voor zijn missie, nadat de Saksen zijn boerderij in Kimswerd hadden platgebrand.
Het thema van de Friese Vrijheid leeft. Mijn vroegere chef bij de afdeling Wetenschap & Onderwijs van NRC Handelsblad, Hendrik Spiering maakte een hele aardige reportage over de expositie ‘Vrijheid Vetes en Vagevuur‘ die het Fries Museum houdt over die periode (tot 1498), toen de Friezen geen centraal gezag kenden.
Buiten de Keizer op veilige verre afstand dienden ze geen tussenheren, grafen of ander feodaal gezag. Zoals het Fries Museum beschrijft:
Ontdek de samenleving van het Noorden in de volle en late middeleeuwen. Het Friesland van toen (Tota Frisia) strekte zich uit van de huidige provincie Friesland tot aan de Wezer in het Duitse Noord-Duitsland.
In tegenstelling tot elders in Europa bestuurden de Friezen zichzelf, kozen ze hun eigen rechters, hadden ze een eigen taal en een eigen kenmerkende kledingstijl. Aan de hand van de rijke archeologische collectie middeleeuwse voorwerpen van het Fries Museum, aangevuld met (inter)nationale bruiklenen, komt de eigenzinnige, verdwenen wereld van Friesland tussen 1067-1567 tot leven.
De expositie is gebaseerd op het onderzoekswerk van Diana Spiekhout naar het kastelenlandschap in die periode.
Bezet door de Duitse Oranje-familie
De Friezen hadden meer een clanstructuur van diverse voorname families, die het met enige regelmaat ook met elkaar aan de stok kregen. Het NRC-artikel begint met de edelman Eppo, die in 1341 bij Rinsumageest werd begraven. Daar lag toen ook het bij de Reformatie verwoeste grote klooster Klaarkamp. Die hele legendarische periode van Friese vrijheid is met de Reformatie en bezetting door de Duitse Oranje-familie uitgewist, inclusief alle abdijen.
Ook raakte uit het collectief geheugen gewist dat de Friezen het stamvolk van de zeekust-bewonende Nederlanders zijn. Die geschiedsvervalsing ging zo ver dat het vroegere West Frisia (Holland) zichzelf in de Franse tijd ‘Bataafsche Republiek’ ging noemen. Alsof een stel Betuwers hier de baas waren.
We zijn hier zeer benieuwd naar de expositie die het Fries Museum houdt. Natuurlijk hoort ook het eigen Meisterwerk daarbij, dat je via www.lieverdooddanslaaf.com kunt inzien en bestellen. Later ook meer daarover bij een nieuwe uitzending met Tom Zwitser voor Blue Tiger Studio.
De Friezen van de late Middeleeuwen zagen er overigens niet uit als Vikingen, ze hadden meer een opgeschoren kopje zoals je dat in de kerk in Oosterlauwers Friesland (de entiteit Groningen) kunt zien. Ze vochten ondermeer met een spies die als polsstok kon dienen zodat je over zeven sloten tegelijk kon springen, en de vijand de pas af kon snijden.