Zoals ik woensdag bij BLKCBX aangaf, is het gunstig dat Johan Remkes de zogenaamde ‘Kritische Depositie Waarde’ (KDW) als natuurgraadmeter uit de stikstofwet (14 juni 2021, per amvb toegevoegd) wil halen, die met de Wet Natuurbescherming opgaat in de Omgevingswet.
Dat advies werd in juni al gegeven door het Agronetwerk waar 500 CDA’ers bij aangesloten zitten. Mijn vroegere collega bij Vork, Robert Ellenkamp schrijft in zijn column voor de agrovakbladen (Veldpost), dat Willem Bruil als oud-hoogleraar agrarisch recht ook al in die richting adviseerde. Die heeft nu invloed op de provincies als adviseur.
Maar de geest van de wet blijft door de koppeling tussen ‘natuur’ en chemische abstracties in het jaar 2050. Zo degradeert ‘natuurbescherming’ verder tot bureaucratische staatsterreur, ten koste van mens en natuur.
Van natuurbescherming naar bureaucratische terreur
Volgens Bruil is er immers al een juridisch kader voor natuurbescherming, de Habitatrichtlijn en dus is het niet nodig om een kritische drempel voor stikstofneerslag daar aan toe te voegen. Je moet in een gebied kunnen zien of de specifieke natuurkenmerken en dierpopulaties daar zich thuis blijven voelen.
Die KDW is nu een soort drempelwaarde voor stikstofneerslag. Zou je die drempel overschrijden, dan zou dat een risico geven dat bijvoorbeeld een heideterreintje meer vergrast door bemesting uit de lucht.
Die KDW staat per amvb sinds 14 juni 2021 toegevoegd, nadat het Rutte-regime met het stikstofwapen van D66 en Vollenbroek de aanval opende op de boerenstand. Zo verplaats je de prioriteit van natuurbescherming van zichtbaar natuurbehoud (bomen blijven staan, dieren zijn er veilig, er komen geen windmolens in het buitengebied) naar onzichtbare abstracties als ‘stikstofneerslag.’
Net als CO2 zet je die onzichtbare abstracties in als bureaucratisch wapen tegen traditionele natuurgebruikers en burgers als grenzen aan hun groei. Kortom: je haalt alle plezier uit natuur en het leven en vestigt een bureaucratische en juridische terreur, die niet door democratische toetsing is te corrigeren. Je krijgt een regering door ‘deskundigen’, zoals een ‘ecologische autoriteit. Natuurlijk noemen die ‘deskundigen’ zich allemaal ‘onafhankelijk’. Maar niemand is onafhankelijk.
Je vestigt dus een dictatuur op het platteland. De KDW is daarbij een stok om mee te slaan, met in het jaar 2030 vastgelegde doelen waar niet aan getornd mag worden. Zo zouden de provincies volgens de wet nu de KDW moeten halen (artikel 1169b)
de omvang van de stikstofdepositie en de bronnen daarvan, onderscheiden naar de belangrijkste sectoren en naar de afkomst van binnen en buiten de provincie, en de mate waarin de kritische depositie- waarde wordt overschreden
Ook is de KDW als ijkpunt opgegeven (blz 18)
Met betrekking tot de stikstofbelasting wordt in kaart gebracht wat het aantal hectares voor stikstof gevoelig Natura 2000-gebied is dat zich aan het begin van de looptijd van het programma onder de kritische depositiewaarde bevindt. Dit is van belang om een goed ijkpunt te hebben ten opzichte van de omgevingswaarden voor 2025, 2030 en 2035 en de daaraan gekoppelde tussendoelen voor stikstofreductie.
Stikstofwet maakte weg vrij voor onbeperkte staatsterreur
Met de amvb (algemene maatregel van bestuur) die ‘stikstof’ koppelt aan ‘natuur’ maak je natuurbescherming gelijk met bureaucratische terreur, boertje pesten. Zie bladzijde 23
Met het maatregelenpakket voor 2030 is het fundament gelegd en daarmee is een belangrijke eerste stap gezet voor het realiseren van de omgevingswaarde voor 2035, waarbij minimaal 74 procent van de hectares met voor stikstof gevoelige habitats in Natura 2000-gebieden onder de kritische depositiewaarden moet zijn gebracht.
Dat laatste is een nationale omgevingswaarde. De provincies moeten die volstrekt uit de lucht gegrepen (maar heel nauwkeurig lijkend, 74 procent) vertalen naar provinciaal beleid. Zie blz 54 van het Staatsblad:
In de Wsn (Wet Stikstof en natuur) zijn omgevingswaarden opgenomen voor de reductie van stikstofdepositie. Deze omgevingswaarden houden in dat in 2025, 2030 en 2035 respectievelijk ten minste 40, 50 en 74 procent van de hectares met voor stikstof gevoelige habitats in Natura 2000-gebieden onder de kritische depositiewaarden zijn gebracht.
Kortom, de wet stelt nu dat er op neerslag gestuurd moet worden in een gebied, niet de concrete emissie van een bedrijf. Ook hoeft de overheid met de door haar gesubsidieerde stikstofreductielobby niet meetbaar te maken wat er dan zou verbeteren, nadat je de boerenstand hebt vernietigd. Hoeveel meer kieviten, hazen en grutto’s zijn er dan? Je hebt alleen een (onzichtbare) chemische abstractie op papier gehaald, en dat noem je dan natuurbescherming.
Bizar dat er ecologen zijn die zich natuurbeschermer noemen, en die dit beleid ook nog eens verdedigen. Ook als de KDW sneuvelt, blijft de koppeling stikstof-natuur bestaan. Het beleid blijft dus staatsterreur tot de boeren omvallen.
Volgens de Omgevingswet horen wij er eigenlijk niet te zijn
De KDW is geen wetenschap maar ideologie van enkele aan de overheid en door die overheid gesponsorde milieuclubs en academici-clubs verbonden activisten, zoals Roland Bobbink. Met de KDW maak je verandering in natuur per definitie gelijk aan schade.
Wat nog steeds in de wet blijft staan, is dat er via het sturen op chemische graadmeters ‘natuurverbetering’ kan plaatsvinden. Dus de geest van de wet blijft bestaan, en die geest roept om eliminatie en reductie.
Hoe kun je nu stellen of natuur ‘verbetert’? In de Alde Feanen kapt het Fryske Gea met stikstofsubsidies – verkregen uit ondermeer compensatiegeld van een RWE-kolencentrale- bomen langs het water. Dat heet dan natuurverbetering. De redenering is hier dat bomen sneller opkomen dankzij stikstofdepositie. En dat je dus natuur verbetert door bomen te kappen/de bestaande natuur toe te takelen.
Zolang de illusie in de wet en beleidsstukken staat dat je natuur kunt ‘verbeteren’ ben je niet met wetenschap bezig, maar met waandenkbeelden en ideologie. En hier blijft de schoen wringen voor boeren. De valse relatie tussen stikstofreductie en het ideologische begrip ‘natuurverbetering’ blijft in de wet bestaan.
Dus kamp je met een overheid die in haar wetgeving de bevolking en boerenstand per definitie vijandig is gezind. Wij zijn iets dat er eigenlijk niet mag zijn, meetbaar in ‘uitstoot’ en ‘depositie’. Dat geldt ook op Europees niveau met de Net Zero politiek van Timmermans zijn Green Deal. Die ideologie zit ook verpakt in de ‘nationale’ (particulier kartel) Omgevingsvisie met haar ‘duurzame ontwikkeling’.
Rutte-regime bezeten door mensvijandige ideologie
Inmiddels blijkt door nieuw gepubliceerd onderzoek (statistisch) zo zwak te staan als risicogetal, dat hij straks ook juridisch onhoudbaar wordt. Zo kun je de Remkes-move zien als ’tactische terugtrekking’. Een stapje terug om dan twee stappen vooruit over de boeren heen te walsen, omdat D66 (globalisme-fascisme) het kabinet dicteert.
Want alle internationale regulering is er – in consequenties (de intenties klinken allemaal ontzettend wollig) op gericht de (resterende) sociaal-economische structuur van het platteland te verwoesten.
Via lastenverzwaring, bedrijfsbe-eindiging en de verwoesting van mkb.
Omdat je met die Omgevingswet en de Nationale Omgevingsvisie in de hand immers hun grond wil buitmaken voor ‘klimaatadaptatie’/braakligging voor de Europese Biodiversiteitstrategie, voor zonnefarms en voor huizenbouw om de massa-immigratie van het Rutte-regime te faciliteren. In de MER van de Friese Omgevingsvisie (2019) staat letterlijk dat Gedeputeerde Staten met CO2-terreur het weer op aarde gelooft te verbeteren.
Oftewel, internationalistische ideologie en abstracties zijn tot belangrijker uitgangspunt van beleid gemaakt, dan de behoeften van de eigen bevolking. Zoals een lage energierekening, be-eindiging van massa-immigratie, bestaande natuur met rust laten ipv ‘verbeteren.’
Zo kun je natuurliefhebbers tegen natuurbescherming keren
Met de Omgevingswet en de daar bijgevoegde stikstofterreur, lijkt het alsof de overheid van zin is om ieder resterend plezier uit natuurbescherming te halen. Omdat je stuurt op datgene wat er in het leven het minste toe doet, namelijk dat wat je kunt meten. Efficiency.
Waarom wil je natuur beschermen? Omdat je de Ljip in het voorjaar ziet duikelen en voorjaarskriebels krijgt. Hun nestjes vind je bijna enkel nog in stoppelland, niet meer in het mestinjectie- grasland van planet proof superboeren. Maar wel weer in landerijen waar je droge stalmest uitrijdt.
Waarom bescherm je natuurwaarden?
Omdat je een jong haasje tussen het gebogen gras in de dauw vindt, en God dankt dat je mag leven. Omdat je als jager een reekalf tegen de maaiers van een Superboer met haast en Rabobank-miljoenenhypotheek wilt beschermen. Je moet ook mensen beschermen tegen de combinatie van internationaal hyperkapitalisme en technocratie.
Je komt niet je bed uit voor een kritische depositie waarde, of allerlei ‘meetbare’ maar volledig betekenisloze chemische abstracties in het jaar 2050. Dan maak je van iets moois, waardevols, namelijk natuurbescherming iets akeligs, namelijk bureaucratisch terrorisme. Daarom heb ik mij sinds 2010 volledig tegen de ‘groene’ lobby gekeerd, en partij gekozen voor de boeren, vissers en bewoners van dit land.
Dat de regering de eigen bevolking en boeren vijandig is gezind is geen ’toeval’, maar een plan met mensvijandige ideologie: de 2030 Agenda en haar ’transitie’ (groen-bolsjewistische revolutie), die in Brussel is voorgekookt en die agenda voeren alle provincies en gemeentes gewoon braaf uit. (klimaatsocialisme, de klimazi-beweging)
De strijd voor menselijkheid die sneuvelt voor ‘meetbaarheid’ is dus pas begonnen. Natuurbescherming moet niet iets ingewikkelds zijn, maar iets simpels. Zoals mijn gemeente Fryske Marren die met haar plantsoendienst de oude eiken en beuken van de Langweerderweg goed verzorgt, niet onnodig kapt, enkel wanneer het verkeer bij een rotte boom met vallende tak gevaar zou lopen.
Logisch, want wij leven hier van toerisme en die toeristen komen voor de omgeving, het bos, het boerenland met koeien, de watersport. Ze komen hier niet vanwege een ‘kritische depositie waarde’ die hier gunstig zou zijn of een CO2-gehalte. Welk geestelijk gezond mens interesseert dat nu?
Dan is dit hierboven het resultaat: puur geluk, schoonheid, ‘onze oprijlaan’ noemen dorpsgenoten deze weg. Terwijl gemeenten door lastenverzwaringen uit naam van ‘klimaat’ ( = Angst)- het weer ergens op de noordpool in het jaar 2100- in de verleiding komen om op de schoonheid van de eigen omgeving in het nu te beknibbelen.