Op de zondag geen profane boodschappen. Dan bestuderen we de Bijbel, Het Boek zonder welke er geen Westerse cultuur was geweest. Vandaag in Johannes 6 verricht Jezus een beroemd wonder met vijf broden en twee vissen, de ‘wonderbaarlijke spijziging.’
In Johannes 6 presenteert Hij zich als ‘Brood des Levens’ na zich eerder Levend Water te noemen. Zoals ‘Vader’ misschien is afgeleid van ‘voeder’, zo presenteert de Zoon van de Vader zich als het voedsel, dat als manna in de woestijn neerdaalde bij de profeet Mozes.
Dat voedsel is zijn lichaam en zijn bloed de drank, de spijs van het latere christelijke Avondmaal dat ‘eeuwig leven’ zou geven.
Jezus Christus-Hagedis
Er is een hagedis in Midden- en Zuid Amerika die nog ‘Jezus Christus Hagedis’ genoemd wordt. Omdat hij over het water kan lopen. Dat is de Helmbasilisk, die je in Ouwehands Dierenpark kunt zien:
Omdat deze hagedis over het water kan rennen, wordt hij ook wel ‘Jesus- of Jezus Christushagedis’ genoemd. De meeste hagedissen houden niet van water, maar de helmbasilisk wel. Hij kan rechtop, met zijn voorpoten langs zijn lichaam gestrekt, met een snelheid van 15 km/uur enkele tientallen meters rivier overbruggen. De huidflappen tussen zijn tenen helpen hem hierbij.
Dat verhaal vind je ingevoegd in Johannes 6, alsof het er tussen is gepropt. Maar de hoofdmoot van Johannes 6 gaat over Jezus als de Voeder van de mensheid, de Zoon die Brood des Levens is, afkomstig van de Vader. Vader kan afgeleid zijn van de Voeder, in de Bijbel is dat Iemand die zijn volk in de woestijn ook voedde met Manna uit de hemel toen zijn profeet Mozes het volk Israël leidde.
Johannes 6 begint met de beroemde ‘wonderbaarlijke spijziging’, waarmee Jezus de Vader als Zoon weerspiegelt.
Jezus weet van vijf gerstebroden en twee kleine visjes (5 + 2 = 7, goddelijk getal) een maaltijd te bereiden, waarmee een menigte van vijfduizend man zich tot overhoudens toe kan voeden:
8Een van Zijn discipelen, Andreas, de broer van Simon Petrus, zei tegen Hem:
9Hier is een jongetje dat vijf gerstebroden en twee visjes heeft, maar wat betekenen die voor zovelen?10En Jezus zei: Laat de mensen gaan zitten. En er was veel gras op die plaats. Dus gingen de mannen zitten, ongeveer vijfduizend in getal.
11En Jezus nam de broden, en nadat Hij gedankt had, deelde Hij ze uit aan de discipelen, en de discipelen aan hen die daar zaten; op dezelfde manier werden ook de visjes uitgedeeld, zoveel zij wilden.
Oftewel, wie bij Jezus komt eten zal nooit honger hebben. Dit wonder levert voor toekijkende mensen het oordeel op dat Jezus een echte Profeet moet zijn met hoofdletter P.
De Dood in de pot vinden
Zoals vaker, zijn deze verhalen uit de Evangeliën verwijzingen naar de handelingen van eerdere profeten uit het Oude Testament. Bij dit spijswonder zie je een afspiegeling van de profeet Elisa, die honderd man uit zijn Profetenschool met leerlingprofeten een soep voorzet. Alsof hij op Hogwart zat, net als Harry Potter en toverkunsten moest overdragen.
Die soep is gemaakt van de giftige woestijnplant Citrullus colocynthis, de Kwintappel die ook ‘wijnstok van Sodom’ wordt genoemd. Die passage vind je in 2 Koningen 4:
Toen Elisa weer in Gilgal kwam, was er honger in het land, en de leerling-profeten zaten voor hem. Hij zei tegen zijn knecht: Zet de grote pot op het vuur en kook soep voor de leerling-profeten.
39Een van hen ging naar het veld om groenten te plukken. Hij vond een wilde slingerplant en plukte daarvan wilde kolokwinten, zijn kleed vol. Hij kwam terug en sneed ze in stukken in de soeppot, hoewel zij niet wisten wat het was.
40Daarna schepte men voor de mannen op om te eten. Het gebeurde nu, toen zij van die soep aten, dat ze het uitschreeuwden en zeiden: Man Gods, de dood is in de pot! Zij konden het niet eten.
41Maar hij zei: Breng dan meel. En hij wierp het in de pot en zei: Schep het voor de mensen op om te eten. Toen was er niets verkeerds meer in de pot.
Na toevoeging van meel is de soep plots niet meer giftig. (dood in de pot) Hier komt dus de uitdrukking ‘de dood in de pot vinden’ vandaan, een pot met oneetbaar voedsel.
Jezus krachtiger profeet dan Elisa
Vervolgens verricht Elisa nog een Spijswonder, als kleine voorafschaduwing van waarin Jezus hem als DE Profeet later in vier maal vijftigvoud (200 maal) nog overtreft:
Er kwam een man uit Baäl-Salisa; hij bracht de man Gods broden van de eerstelingen, twintig gerstebroden en vers graan in zijn tas. En die zei: Geef het aan de mensen om te eten.
43Maar zijn dienaar zei: Hoe moet ik dat aan honderd mannen voorzetten? En hij zei: Geef het aan de mensen om te eten, want zo zegt de HEERE: Men zal eten en overhouden.
44Zo zette hij het hun voor, en zij aten en hielden over, overeenkomstig het woord van de Heere
Jezus kan dus zelfs vijfduizend man voeden met slechts vijf gerstebroden, hij is numeriek een tweehonderd maal krachtiger profeet dan Elisa. Als het op wonderbaarlijk spijzigen aankomt. Na de invoeging van de passage van het over water lopen, lees je dan over Jezus’ getuigenis als Brood des Levens.
31Onze vaderen hebben het manna gegeten in de woestijn, zoals geschreven is: Hij gaf hun het brood uit de hemel te eten.
32Jezus dan zei tegen hen: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Niet Mozes heeft u het brood uit de hemel gegeven, maar Mijn Vader geeft u het ware brood uit de hemel.
Jezus een krachtiger profeet dan Mozes
Dat zou Jezus onderwijzen in de Synagoge van Kapernaum. Nu had ik al honderden keren dit verhaal gehoord, maar dus nog nooit eerder de connectie met de Manna gelegd uit de woestijn in Exodus onder de profeet Mozes:
33Want het brood van God is Hij Die uit de hemel neerdaalt en aan de wereld het leven geeft.
34Zij zeiden dan tegen Hem: Heere, geef ons altijd dat brood.
35En Jezus zei tegen hen: Ik ben het Brood des levens; wie tot Mij komt, zal beslist geen honger hebben, en wie in Mij gelooft, zal nooit meer dorst hebben.
Jezus verwijst dan als vergelijking naar het manna uit de hemel dat het volk Israël zou hebben gekregen in de woestijn. Hij zou als Zoon van de Vader echter een soort turbo-manna zijn, waardoor je na wonderlijke spijziging nooit meer zou sterven:
49Uw vaderen hebben het manna gegeten in de woestijn en zij zijn gestorven.
50Dit is het brood dat uit de hemel neerdaalt, opdat de mens daarvan eet en niet sterft.51Ik ben het levende brood, dat uit de hemel neergedaald is; als iemand van dit brood eet, zal hij leven in eeuwigheid. En het brood dat Ik geven zal, is Mijn vlees, dat Ik geven zal voor het leven van de wereld.
“Wie Mijn vlees eet en Mijn bloed drinkt”
Jezus presenteert zijn lichaam, zijn vlees als ‘Brood des Levens’ dus als zoenoffer voor de wereld. Deze preek houdt hij vlak voor de Pascha zo meldt Johannes. Dat is het feest van de ongezuurde broden. Dat feest, Passover herinnert hoe de doodsengel aan de deur van de Israëlieten voorbij ging (pass over, passeren) in zijn missie om alle eerstgeboren zonen van de Egyptenaren te slachten.
Omdat ze lamsbloed op de deur hadden gesmeerd als talisman, werd hun de dood van hun eerstgeboren zoon bespaard. In die context moet je dus ook de volgende passage lezen, waaruit later het christelijke avondmaal ontstond, de Eucharistie in de katholieke kerk.
Eet en drink Jezus- de Eerstgeboren Zoon van de Vader- als talisman tegen de eeuwige dood, dat is wat het avondmaal symboliseert:
52De Joden dan redetwistten met elkaar en zeiden: Hoe kan Hij ons Zijn vlees te eten geven?
53Jezus dan zei tegen hen: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Als u het vlees van de Zoon des mensen niet eet en Zijn bloed niet drinkt, hebt u geen leven in uzelf.54Wie Mijn vlees eet en Mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven, en Ik zal hem doen opstaan op de laatste dag.
55Want Mijn vlees is het ware voedsel en Mijn bloed is de ware drank.
56Wie Mijn vlees eet en Mijn bloed drinkt, blijft in Mij en Ik in hem.
“Dit woord is hard, wie kan het aanhoren’
Zo snap je dus ook de symboliek van Jezus zijn opstanding uit de dood. Anders kan Hij op de ‘laatste dag’ – bij de Apocalypse die al in Jesaja is beschreven- ook al die andere mensen niet mee laten opstaan.Zo’n stellingname en zo’n verhaal stuitte mensen toen al tegen de borst.
Johannes schrijft letterlijk dat de volgelingen van Jezus zich van hem dreigen af te keren:
Velen dan van Zijn discipelen die dit hoorden, zeiden: Dit woord is hard; wie kan het aanhoren?
61Maar omdat Jezus bij Zichzelf wist dat Zijn discipelen daarover morden, zei Hij tegen hen: Neemt u hier aanstoot aan?62En als u de Zoon des mensen nu eens zou zien opvaren naar de plaats waar Hij eerder was?
63De Geest is het Die levend maakt, het vlees heeft geen enkel nut. De woorden die Ik tot u spreek, zijn geest en zijn leven.
En die woorden zijn uitgekomen. Wanneer je uit je materialistische, letterlijke kader stapt – ‘hoe kan Hij ons zijn vlees te eten geven’- en ruimer naar de teksten kijkt. Er is geen persoon in de geschiedenis, wiens woorden zo bleven voortleven over alle uithoeken van de aarde. Alle tekst is een voetnoot bij Jezus Christus.
Zoals Johannes 6 besluit, had Jezus meer dan twaalf discipelen, maar vervolgens lopen velen weg zodat er twaalf overblijven:
67Jezus dan zei tegen de twaalf: Wilt u ook niet weggaan?
68Simon Petrus dan antwoordde Hem: Heere, naar wie zullen wij heen gaan? U hebt woorden van eeuwig leven.69En wij hebben geloofd en erkend dat U de Christus bent, de Zoon van de levende God.
70Jezus antwoordde hun: Heb Ik u, de twaalf, niet uitgekozen? En een van u is een duivel.71En Hij doelde op Judas Iskariot, de zoon van Simon, want die zou Hem verraden, een van de twaalf.
Iskariot betekenis
Dat hij net als de twaalf stammen van Israël twaalf discipelen overhoudt nadat ‘dit woord te hard is’ (de wierhiet hat ’n skel lût), de symboliek kan je niet ontgaan. Net als dat degene die anti-christus handelt – ‘een van u is een duivel’ – dus vernoemd is naar Juda: De enige overgebleven stam in Israël nadat de tien stammen van Noord Israël – zoals Zebulon- oplosten in de geschiedenis.
Zodat na terugkeer uit Babylon (533 BC) een priesterkoninkrijkje in Jeruzalem overbleef met Levieten (priesters, nazaten van Levi) en de stam Juda. Die stichtten het joodse geloof op de puinhopen van de Eerste Tempel (door Babyloniërs verwoest in 586 BC).
Wat ‘Iskariot’ betekent is minder duidelijk. De weblog God didn’t Say That.com stelt:
The etymology I find most convincing is that the word comes from the Hebrew ish k’riot, a “man of k’riot.” The /sh/ in Hebrew becomes /s/ in Greek, as it usually does. The Greek /a/ between the /k/ and the /r/, lacking in the current vocalization of the Hebrew, could have been there originally, or it could have been a Greek addition. Iskariot is as close to ish k’riot as rebekka is to rivka.
K’riot (also spelled “kerioth”) is a city mentioned in Jeremiah 48:24, Jeremiah 48:41, Amos 2;2, and perhaps Joshua 15:25.
Dus dan betekent Iskariot een verwijzing naar een stad, waar zijn voorvaderen vandaan kwamen. Kijken we naar de context waarin die stad Kerioth (Ish Kerioth) door Amos 2 wordt gebruikt, dan zie je dat de HEERE zich tegen Juda keert, vanwege haar overtredingen:
5Daarom zal Ik vuur werpen in Juda; dat zal de paleizen van Jeruzalem verteren.
Amos 2 leest als een verwijzing naar de tweede tempelverwoesting, nu door de Romeinen, vijfendertig jaar na Jezus zijn kruisiging rond het jaar 33 (en opstanding) De numerieke symboliek kan je andermaal niet ontgaan: Van 33 jaar levende Jezus, drie jaar bediening als ‘rabbi’/Profeet, drie dagen in de dood, drievuldigheid van Vader-Zoon-Heilige Geest.
Of dat er een derde tempel herbouwd moet worden in Jeruzalem, daar waar nu een moskee staat. In het derde millennium na zijn dood. We gaan daar later meer studie van maken.
Heb een goede zondag, en als je iets van deze weekpreek opstak, doe dan een duit in de collectezak: