Zonder boer geen bier…

Clogher Farm, hier verblijven we

Terwijl de boeren en vissers vechten voor onze eigen voedselvrijheid tegen een leugenachtig, corrupt en volksvijandig Rutte-regime, logeren wij in het West Vlaamse Hopdorp Poperinge.

Hier vind je de grootste concentratie van hop-boeren in Vlaanderen, die deze klimplant (Humulus lupulus) telen, bekend van ondermeer het Hommelbier. We logeren op Clogher Farm. Die boerderij is vernoemd naar het Noord Ierse dorpje waar de officieren vandaan kwamen die in 1914-1918 hier verbleven.

Hopveld

Landschap dat deugt
Je moet eerst vier uur lang rijden door een hel van beton, staal en asfalt (Randstad, Antwerpen, Gent, Kortrijk), voor je pas bij Ieper in de buurt kan ademhalen: agrarisch natuurland zover het oog reikt en je geeft een zucht van verlichting. Paradijs!

Where the poppies blow…

Je hebt hier nog agrarisch landschap dat deugt, waar een patrijs voor je voeten opvliegt en waar nog leeuweriken zingen. Zoals dat ‘hoorde’, en nog in mijn jeugd in de jaren ’80 gebruikelijk was. Voor de agrofood-industrie alles strak trok, deels gedreven door lastenverzwaringen en oligargische overheden die weer met multinationals en de banken verweven zijn.

Aardappelveld Westhoek, ook echte natuur!

Liefelijk is het goede woord voor dit licht glooiende land met een aaneenschakeling van gewassen van aardappels, gerst, granen en her en der verspreid de langwerpige zes meter hoge hopstaken. Daar zitten netwerken van ijzerdraad aan vast waar de hopplant zich omheen wikkelt in de hoogte tot de langste dag, op 21 juni.

Zo imiteren de boeren als het ware een bos met onkruid, waar de hopplant van nature zich een weg in omhoog klimt.

Daarna groeit de hopplant in de breedte, en in september is het dan tijd voor de oogst van de hopbellen. Dat zijn de vruchten met het gele poeder lupuline er in dat de brouwers gebruiken voor de bitterheid in het bier.

Patrijs vliegt hier nog voor je voeten weg

Veel werk voor weinig product
Het telen van hop is een arbeidsintensief proces met veel handwerk. Je moet zorgen dat de hopplant zich goed rond de staak wikkelt, en ook het plukken van de bellen gebeurt nog handmatig. Je moet met hoogwerkers in een zitje de bellen bemachtigen. Je hebt ladders nodig. Daarom worden in Engeland steeds meer dwergrassen geteeld, zodat je die arbeidsintensiteit kunt beperken en daarmee de kosten.

Poppy tussen de hopstaken

Daarnaast moet je veelvuldig de gifspuit hanteren. Tegen hopluis bijvoorbeeld. Deze hopboer – onze buurman hier- spoot vanochtend tegen ‘rode spinnetjes’- zoals de boer ze noemde, die het levenssap onder aan de hopplant wegnemen. Zodat je bruine bladeren krijgt. Hoewel de plant zijn eigen bestrijdingsmiddel in de bladeren aanmaakt, kan hij het niet alleen af, de boer moet met spuit een handje helpen.

Spuiten tegen de ‘rode spinnen’

Dan is er ook nog de aartsvijand van de hopplant, de hopboorder, een soort motvlinder die de oogst bederven kan. Daar schreef ik al eerder over op Interessante Tijden.

Vandaag laat ik Afke eerst de Abdij van West Vleteren zien, waar dat vocht geschonken wordt dat het leven zoveel zin kan geven: bier, de drank van de landbouwers. Terwijl we hier dus in het boerenparadijs van Vlaanderen zijn, de Westhoek waar ze een volledig onverstaanbaar dialect praten.

Het lijkt op een aaneenschakeling van dierengeluiden, dat West Vlaams. Nou ja, als ze maar lekker bier kunnen brouwen.

Ons verblijf

West Vleteren figureert ook in hoofdstuk vier van mijn Meisterwerk ‘Liever dood dan Slaaf’, het landschap dat nog deugt en waar boerenland nog geen doodstil industrieterrein geworden is. In het voorjaar plukken ze ook hopscheuten, die de lokale meesterchefs dan tot gerecht verwerken als een soort mini-asperges en vermicelli.

Ons verblijf, Clogher Farm

Al met al mag je blij zijn dat er nog mensen zijn die dit werk willen doen, die mag je best op een voetstuk zetten. Stel je voor dat er geen boerenzoons meer zijn die granen willen telen, geen hopboeren die het kruid voor de bitterheid verbouwen. Dan zou er ook geen bier meer zijn… En dat zou heel erg zijn.

2 Replies to “Zonder boer geen bier…”

  1. Mooi verslag Rypke. Ben ook eens in de deze Vlaamse contreien geweest. Moet dan gelijk denken aan het lied ‘le plat pays’ van Jacques Brel.
    Geniet van jullie verder verblijf in Vlaanderen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *