Vandaag in de online cursus Bullshitdetectie: het groene kaartenhuis van het Ministerie van LNV genaamd ‘Netwerk Ecologische Monitoring‘ waarop de natuurramp door stikstof leunt in Nederland. Het ‘meetnet’ is de groene basis onder bovenstaande grafiek die de neergang van ‘fauna’ op Heideterrein in Nederland toont van het Compendium voor de Leefomgeving.
De vraag die wij onderzoeken vandaag: Op welke MEETgegevens van wat voor kwaliteit is die grafiek nu gebaseerd? En is er een gemeten relatie met stikstofproblematiek en vogelsoorten op de Heide, die in de begeleidende communicatie door het Planbureau voor de Leefomgeving (CLO-samensteller met CBS en LNV)op zijn minst gesuggereerd wordt? Welke vogelsoorten dan?
Of is dit een samenraapsel van meningen, suggestie en mystificatie om valse exactheid te genereren (Fout 3 van de 4 wetenschappelijke doodzonden)? Bij 1 oppervlakkige blik op de grafiek met index-cijfers zien we alvast Fout 3: valse exactheid. Zitten er nog meer fouten in, die een zichzelf respecterend wetenschapper niet zou toepassen?
- Ja, het Ministerie van LNV en Wageningen UR (WOT Natuur & Milieu) suggereren een relatie tussen afname broedvogels en ‘vergrassing’ door stikstof, die op MENINGEN leunt en die van de 4 wetenschappelijke hoofdzonden. Niet op metingen van enige kwaliteit. Het ‘Meetnet’ dat meet net…
Mystificatie van gebrekkige metingen en stellige meningen
Ik stuurde gisteren naar Ruud Bink van Wageningen UR een email (zie hieronder), die als Teamleider WOT Natuur & Milieu verantwoordelijk is, voor dat door het LNV-Ministerie geïnitieerde en betaalde Meetnet Ecologische Monitoring. Samen met Tom van der Meij staat hij in het colofon. WOT staat voor Wettelijke Onderzoeks Taken.
Als begeleidend schrijven bij bovenstaande grafiek stellen ze ‘van de soorten die zijn opgenomen in de indicator zijn er 7 vooruit gegaan, en 13 achteruitgegaan’. Maar welke zijn dat dan? En hoe is de relatie dan met ‘vergrassing’? De boodschap van de grafiek mag duidelijk zijn: het gaat slecht.
- Dus welke soorten hebben ze geselecteerd voor ‘heide’ en waarom? Is er wel een bewezen verband tussen hun afname en ‘vergrassing door stikstof’? Dat is de vraag die we hier in deze aflevering van de cursus pogen te beantwoorden..
Daarnaast is het vaste aanspreekpunt al 20 jaar Arco van Strien (CBS) die de meetgegevens aan soorten in heide, bos, moeras en nog wat habitats verwerkt tot ondoorgrondelijke index-cijfers (0-100). Dat doet Van Strien, door met zijn TRIM-model op statistische wijze data te genereren waar er geen zijn.
Bijvoorbeeld omdat je in 1990 maar met 3 mensen op 2 locaties telde, en in 1998 met 30 mensen op 10 locaties, met soms missende jaren er tussen. Je hebt data van verschillende kwaliteit, met verschil in waarnemers. Met de stofkam Van Strien zijn TRIM-model door die inconsistenties heen, wekken de Meetnet-mensen vervolgens de suggestie dat die data-inconsistenties uit het “Meetnet’ geheel geen invloed hebben op de deugdelijkheid van je grafiek.
Corrigeer mij als ik het fout heb, maar helaas: zo werkt het grosso modo.
Deelnemers aan mijn cursus Bullshitdetectie herkennen in bovenstaande datareeks- waaruit de grafiek zou volgen -ogenblikkelijk fout 2: Garbadge in, Garbadge out.
Alle grafieken van het Compendium voor de Leefomgeving bevatten die wetenschappelijke zonde. Dus de bullshit-detector zijn alarmbel rinkelt al. Want gebruiken ze nu die indexering om DUIDELIJKHEID te geven, of om een gebrek (slechte metingen, bij elkaar geraapte zooi van amateurs) te CAMOUFLEREN, dus mystificeren.
Zie ook mijn bespreking van Van Strien/SOVON hun Boerenlandvogels-grafiek. Daar zaten alle 4 wetenschapszonden in uit de Cursus Bullshitdetectie.
Zie bovenstaande rij van (geheel nietszeggende) indexgetallen, waar dus de trends van tientallen vogel- en vlindersoorten in de Blender zijn gegooid van Arco van Strien zijn biodiversiteit-smoothie. Dus heide-appels, heide-peren, heidehoning aangelengd met heide-hazelnoot, een mixdrankje voor beleidsmakers van bij elkaar geraapte vogels, vlinders en reptielen.
De meest veelzeggende getallenreeks is nog wel de ‘Onzekerheid trend boven/ondergrens’. Dus in het begin (1990) bevatten de ’trendgegevens’ een onzekerheidsmarge van 115 %. En rond 2017 zijn er dusdanig meer waarnemers, die meer tellingen brengen, dat ze de onzekerheidsmarge naar 43% terugbrengen. Althans: dat is hoe ik het lees. Corrigeer me als ik het fout heb.
Dus willen we hier graag opheldering:
Geachte Ruud Bink
U ontvangt dit bericht als WOT-teamleider, omdat ik onderstaande CLO-grafiek wil reproduceren,
. Daarvoor zoek ik de kale trendgegevens (onge-indexeerd) van vogels van ‘heide’,
https://www.clo.nl/indicatoren/nl1134-fauna-van-de-heideDie staan niet per soort weergegeven, in de begeleidende grafiekcijfers, maar als 1 geïndexeerd aggregaat weergegeven.
Ik zie wel dat de WOT in Natuurwaarde 2.0 voor ‘heide’ 34 vogelsoorten meetelt, waaronder vele moeras- akker- en watervogels (Natuurwaarde 2.0 blz 107)
– kunt U zeggen of de meegetelde trendcijfers van die 34 soorten, (bv roerdomp) in heidegebieden zijn geteld?
– of zijn de getoonde indexcijfers in de CLO-grafiek bepaald op basis van landelijke trends, dus ook buiten heidegebied? Of een tapuit in de duinen, ipv de heide op hoge zandgrond
– is de wegingsfactor dagvlinders (22 srtn) en vogels gelijk (34)?Indien hier uitsluitend per soort een telling in heidegebied betreft, bestaan per meetlocatie de telgegevens per soort? En worden die per jaar geteld, of steekproefsgewijs?
Ik hoop dat U mij verder kunt/wilt helpen.
De kans is groter dat deze van het Ministerie van LNV afkomstige Bink eerst aan de bel trekt bij vrienden van LNV, de Zuigdiervereniging, SOVON en de Vlinderstichting: ‘Daar is die klimaatontkenner en schrijver van Sjoemelnatuur weer, die ons mooie campagne-getal 15% biodiversiteit afnam: hoe zullen we hem afpoeieren? Gewoon niet reageren?’
Dus neem ik alvast maar het initiatief, en hou de loep boven hun prachtige maaksels:
Het Netwerk Ecologische Monitoring; WOT’s wegen zijn ondoorgrondelijk
Dus: Wat is dat meetnet met haar eigen website? Sinds 1998 worden op steekproeflocaties populatie-gegevens verzameld van vogels, vlinders en vaatplanten. Incidenteel doen ze er wat zoogdieren en reptielen bij, en vanaf 2000 ook wat paddestoelen.
Meetnet, klinkt wel erg exact voor het hap-snap aan elkaar plakken van ‘metingen’ door vrijwiligers van verschillende kwaliteit en kwantiteit, met vele jaren die missen. Waarna Van Strien bij CBS dat data-lijk als statistisch obductie-assistent met wat rekenkundige truuks nog wat fatsoeneert tot iets dat bij begrafenis toonbaar is.
Ze meten net. Misschien is dat de beste definitie van ‘Meetnet Ecologische Monitoring’ in deze context.
Soms iets langer, bijvoorbeeld vanaf 1994, maar dan met minder waarnemers. De selectie van soorten en verwerking van die gegevens, om een ‘kwaliteit’ van natuur te berekenen, die is door WOT Natuur & Milieu (Reijnen et al) verder verwerkt in de methode Natuurwaarde 2.0.
Men zegt wel dat God’s wegen ondoorgrondelijk zijn. Maar WOT’s wegen daar in Wageningen….Je moet wel biodiversiteit-Chinees gestudeerd hebben voor je daar doorheen prikt, danwel thuis zijn in Biologische Gnostiek. En dat hebben we gedaan. Dus ben ik vooralsnog de enige in Nederland die door al deze creatieve malversaties heen prikt.
In dat Natuurwaarde 2.0-rapport staan ook de 34 soorten ‘Heide’-vogels vermeld, en de 19 soorten vlindertjes die ze als ‘heide’-soorten meerekenen. Met illustere namen als Vals Heideblauwtje (blz 107), dat al sinds 1982 hier niet meer voorkomt.
Wat al meteen een extra vraag opwerpt:
- tellen ze hier ook soorten mee in de ’trend’ die niet meer voorkomen, dat die het gemiddelde drukken?
- In Natuurwaarde 2.0 drukken de ‘niet meer voorkomers’ namelijk het gemiddelde van de natuurkwaliteit. Terwijl soorten die algemener werden dan in 1950 worden ‘afgekapt’. Dus als ze nu 120 procent van toen zijn, dan tellen ze voor 100 mee. Het kan in Natuurwaarde 2.0 enkel slechter gaan ten opzichte van ‘het ideale vroeger’. Waarom? Daarom.
Al die vlindertjes hebben wat nichterige millennial-namen als veenhooibeestje, het retevetje, ’t anusblekertje, het sneeuwvlokje. het klimaatstakkertje, het Rutger Bregmannetje, het burnoutje, het identiteitscrisisje, het keuzestressje, het basisinkomentje. Maar dat kunnen die tere k#tvlindertjes ook niet helpen... Dat ligt aan de Vlinderstichting, dat COC van wollensoksueel geaarde naturofielen.
- We kijken liever bij de vogels als vogelaar: welke vogels worden nu specifiek als ‘heide’-soort meegerekend, en vooral ook: waarom? En geldt die zelfde willekeur dan ook niet bij de gekozen vlindersoortjes?
In de soortenselectie-methode achter het Meetnet (dus welke optelsom van soorten en hun toe/afname veroorzaakt je ’trend’) geldt een bijzondere manier van werken. Die soorten zijn door WOT geselecteerd op zeldzaamheid. En ze worden meegeteld omdat ze een dalende trend vertonen tov 1950.
Dus WOT/Wageningen UR/LNV selecteert soorten waarmee het slechter gaat, DAAROM zijn ze doelsoort van natuurbeleid. Dat verzin ik niet zelf, je kunt dat WOT-rapport lezen op blz 89. Dus er zit een automatische ‘loserfocus‘ in Nederlands natuurbeleid. Hoe slechter de soort er voor staat, hoe beter voor LNV.
Het glas moet wel halfleeg blijven. Anders valt er niks te ‘herstellen’ door al wat rond de subsidieruif van LNV hangt.
Die Natuurwaarde 2.0-methode is weer basis onder de grafiek van mijn wetenschapsjournalistieke mijlpaal uit 2015: Sjoemelnatuur, althans na de knik in 1990, de biodiversiteitfraude door PBL. (zie grafiek hieronder)
Voor die knik in onderstaande groene lijn gebruikte WOT Natuur & Milieu met PBL (Robert Alkemade & Arjan van Hinsbergen) weer een geheel andere methode om MSA-biodiversiteit te berekenen. Toen namen ze aan dat ‘kwaliteit’ in MSA-biodiversiteit volmaakt was, dus 100%.
Na de knik in 1990 berekenen ze de kwaliteit plots met Natuurwaarde 2.0, een ondoorgrondelijke mix van samengeraapte telgegevens, die Arco van Strien vervolgens tot indexcijfers verwerkte voor Natuurwaarde 2.0. Dus kreeg je na 1990 MSA-appels met Natuurwaarde 2.0, en voor 1990 MSA-peren. We kennen dit clubje en haar strapatsen dus onderhand een klein beetje….
De Biodiversiteit-Smoothie van Arco van Strien en zijn TRIM-blender
Dus je begrijpt, dat je bij het zien van zo’n grafiek met INDEX-getallen, dus alle telgegevens met bewerking door Arco van Strien (CBS) in 1 grote bioblender tot een smoothie waar alle heide-appels, peren, hazelnoten en kraaibessen door elkaar zijn gegooid.. Het is allemaal fruit geworden.
Maar een groeiziekte in appels die de appeloogst nekt, hoeft nog niets te zeggen over de oogst van hazelnoten die dankzij een warme natte zomer toeneemt: dat snapt U toch?
- En dat mixen van verschillende grootheden tot 1 meetlat, dat is hier een duidelijke fout: Fout 3, valse exactheid. Wat hebben vogels met vlinders van doen? Of met reptielen? Dus hoe kun je die op 1 hoop gooien, een trend suggereren, en dan 1 oorzaak aanwrijven? Precies: dat kan niet en dat mag niet.
Wie reeds eerder mijn Bullshitdetectiecursus bijwoonde, zag dat al lang. De vraag is nu: zijn er ook kersen geplukt? (Fout 4, data kiezen die je vooropgezette conclusie van pas komen). Laten we de ‘heide’-soorten er eens bij pakken, 34 in getal:
- Wat zien wij dan? Slechts een handjevol vogels van de 34-meetnetsoorten ‘heide’ is echt Heikneuter. Dus waarom moeten al die soorten meetellen? Zijn al die soorten hier ook meegeteld, en zo nee: waarom de 1 wel en de ander niet?
Van de achteruitgangers zien we alvast dat 1 ECHTE heidevogel als de Roodborsttapuit juist vooruit ging. Dat is dit vogeltje, hier bij Duurswoude:
De nachtzwaluw nam vanaf eind jaren ’80 tot de jaren ’90 sterk toe, mogelijk dankzij de klimaatopwarming. Een bijna uilachtige zwaluw, die op heide en stuifzanden langs bosranden leeft. Die namen we waar op de Veluwe, hij maakt het geluid van ratelende steentjes, een beetje spookachtig als bij The Blair Witch Project.
De kraanvogel broedt vooralsnog ook enkel op de hei (Fochtelooerveen) en die neemt toe, stikstof of niet:
Maar sinds wanneer zijn de grutto (afname), tureluur (idem), watersnip (idem), patrijs (idem), veldleeuwerik (afname), grauwe kiekendief (toename), geelgors (afname) nu HEIDE-vogels ipv AKKER/WEIDE-vogels? En hoezeer bepaalt hun opname tot ‘heide’-soort nu de gefabriceerde trend?
Neem de grutto die sterk achteruitging vanaf 1990, terwijl de veestapel toen nog 1/3de GROTER was, terwijl ook de NH3-uitstoot van de veehouderij een veelvoud was.. Er KAN logischerwijze geen verband met stikstof zijn.
Sinds wanneer is een moerasvogel de roerdomp een heikneuter? En wat heeft zijn op- en neergang nu met vergrassing van heide van doen, of stikstof? Of de blauwborst hieronder, ook zo’n typisch riet- en grasvogeltje?
Maar ook als je een (vroegere) heikneuter neemt als de boomvalk. Die nam sterk af in zijn vroegere bolwerk van de Drentse heide. Onder andere dankzij nestpredatie door haviken. Wat heeft de afname van de boomvalk in Drenthe door predatie nu te maken met ‘vergrassing’ van de heide’? Terwijl je wel die relatie suggereert met afname in broedvogels van ‘heide’?
En wist U dat de ook tot Heikneuter gebombardeerde grauwe klauwier in het natte heidegebied Bargerveen juist sterk afnam, nadat Staatsbosbeheer het gebied ging ‘vernatten’? Die heikneuter verhuisde naar de vergraste rand van het gebied (zie De Levende Natuur)...
Dus opnieuw, geen RElatie tussen een eventuele trend van een vogel en ‘vergrassing’ of een ‘kwaliteit’ van de hei, die ze bij de grafiek van het Meetnet en CLO aan ‘stikstofdepositie’ willen koppelen.
En waar de wulp op de heide afnam, kan dat niet gewoon door predatie van vossen komen? Of door ge-explodeerde recreatiedruk met loslopende honden sinds de LNV-Nota “Natuur voor Mensen, mensen voor Natuur’ (2002)
Ook was de korhoen al in 1990 ten dode opgeschreven toen de veestapel nog maximaal was (de krimp van de veestapel begon in 1987). De pogingen die korhoenders op de Hoge Veluwe terug te zetten sneuvelden in haviksklauwen en vossenbekken.
Conclusie: de grafiek is Bullshit met Fout 2,3 en 4
We tellen hier maar een handvol soorten die je met goed fatsoen ‘heide’-vogel kunt noemen, die dus als zodanig in de literatuur staan beschreven: de duinpieper (al voor 1990 vrijwel verdwenen), het korhoen (al voor 1990 praktisch verdwenen), het paapje en de tapuit, en de boomleeuwerik. Hoewel die tapuit (hierboven afgebeeld) vooral een duinvogeltje is, dat in konijnenholen broedde.
Maar dat konijn verdween door konijnenziekte: dus ook niet door stikstof… Die boomleeuwerik zie je overal, zelfs hier in een singel bij Langweer met zijn parachutevlucht.
Terwijl de soort die het meeste van open heide en stuifzand afhankelijk is, de nachtzwaluw dus sterk TOE-nam in het ‘door stikstof gekwelde’ Nederland..Die zou nachtzwaluw in de rest van Europa juist licht af nemen, volgens de IUCN Rode Lijst (2016). Al meldt deze Britse studie over die boomleeuwerik en nachtzwaluw op de heide van Dorset dat die aanvankelijk sterk toenamen, en vervolgens rond dat nieuwe hoogtepunt stabiel bleven (1991-2013)
- We kunnen dus niet anders concluderen, dat de bovenste grafiek fout 2 bevat; rotzooi er in, rotzooi er uit. Data van uiteenlopende kwaliteit, waarbij de soorten die achteruitgaan, of die al lang verdwenen waren, dankzij kersen plukken, het selecteren ‘soorten waar het slecht mee ging’ (fout 4) in Natuurwaarde 2.0 extra zwaar meewegen. Zo schetst het NEM met PBL, LNV en CBS een beeld van Valse Exactheid (Fout 3).
- De ’trend’-lijn kan niet op enkel lokale gegevens van heideterrein leunen, maar moet gemixt zijn met algemene landelijke trends van soorten.
- Bij die vlindertjes een zelfde verhaal: lang niet alle ‘heide’-soorten zijn van heide afhankelijk
- Daarnaast kun je vlindertjes en vogels niet op 1 hoop in een blender gooien, en zo een uniforme oorzaak van achteruitgang suggereren. De vlinders en vogels hebben niets met elkaar van doen. Die mix van willekeurige soortgegevens is een gevalletje Valse Exactheid. (Fout 3)
Ons kent ons in Natura 2000-land
Tot zover dan puntje 1– het technische gedeelte uit de cursus. Daarnaast geldt natuurlijk Puntje 2 uit de cursus, in de 4-punten spraakverwarring over natuur & milieu: Hoeveel goed doen we per euro voor de natuur? Zal het vernietigen van de boerenstand en het pesten van automobilisten 1 korhoen extra doen terugkeren? Dus wiens belang en ideologie (puntje 3) dienen we hier dan?
Dan komen we bij Raoul Beunen van boven afgebeelde tweet, waarin hij de straf van boeren toejuich. Wist U wie dat is?
Dat is de door onze corrupte overheid betaalde academieprostituee, die het falen van Natura 2000 aan ‘de uitvoering’ wijt. ‘Performing Failure’, een postmoderne kreet verwant aan ‘Reflexive Law’ van Gunter Teubner, HIER besproken). En het ligt aan ‘de beeldvorming’ :-), het ‘imago’, het kan nooit aan die natuurkabouters met hun Goede Intenties en Nobele Doelen zelf liggen.
De Berlijnse Natura 2000-papiermuur, een technocratische kasteelmuur rond private deel- belangen, buiten de rechtstaat om, die was niet slecht: die Muur had hoger gemoeten, zo luidde Beunen’s advies voor de EUSSR .
In plaats van dat regels zelf aan revisie toe zijn. Dat schrijft Beunen in het blad Journal of Nature Conservation. Met als Pal Review-editor de in Tilburg gevestigde Europese subsidieclub ECNC: de club van voormalig LNV-ambtenaar Rob Wolters.
Die Wolters is de vroegere medewerker op LNV (1985-1997) van Hemmo Muntingh, de PvdA-Europarlementarier die de Habitatrichtlijn ( = Natura 2000) in 1991 hielp doordrukken. Het doel van PvdA’er Muntingh en zijn maatje Sicco Mansholt was – zoals HIER beschreven-om zoveel mogelijk landbouwgrond- 20 procent van het areaal- uit productie te krijgen. Ook de goede landbouwgrond.
Bedenk dat in de Stikstofcommissie van Remkes ook Gerben Jan Gerbrandy (D66) zit. Gerbrandy is lid van de zelfde lobbyclub die Muntingh in Brussel vestigde; GLOBE EU. Rob Wolters zijn ECNC heeft nog een reisje van mij betaald naar Bialowieza (Oost Polen). En dankzij Rob Wolters kwam ik in 2006 nog bij Cees Veerman als LNV-minister op de koffie.
It’s a small world…
Dus je ziet wel dat er achter het Vals Heideblauwtje een heel leger natuurkabouters schuilt van de PvdA-of-erger, met publiek betaalde belangen. Die offeren liever 18.000 projecten, de boerenstand en de natuur, dan dat ze hun eigenbelangetjes en persoonlijke prestige schaden. Dus noem ik gewoon hun namen & rugnummers.
We krijgen ze wel, dat ‘Linksche Thuigh’. Je hebt mensen nodig die zowel technisch onderlegd zijn, als die in de breedte kunnen denken. En dan is’t kat in’t bakkie. 🙂
Waar al geen belasting centen aan wordt uitgegeven. een heus film festival over fraude en corruptie, dan doe jij dat toch een stuk voordeliger Rypke
Hier de link naar de site, met een film over mest fraude.
https://fraudefilmfestival.nl/themes/thema-mestfraude/