Zeehondenjacht heropenen: Hoe lang nog een taboe?

….een gat van 100 miljoen euro

De Vismigratierivier in de Afsluitdijk die mede voor intrek van zalmachtigen als zalm, zeeforel en houting wordt gebouwd heeft door een combinatie van aalscholverpredatie en patrouillerende zeehonden alvast de kans tot Vispredatierivier uit te groeien, wanneer je de resultaten van internationaal predatie-onderzoek toepast op deze migratie-bottleneck.

Geinformeerde gissing: 43 procent visbiomassa per jaar op wad, 60% in kustzone

Zestig procent visbiomassa kustzone
Afgelopen vrijdag sprak ik dr. Jörg Schneider van het Duitse Lachsprojekt, die onomwonden pleit voor ‘predator control’ om de nu floppende herintroductie van de zalm in het Rijnsysteem te redden. Niet alleen is de aalscholver een beducht predator van jonge zalmpjes die naar zee trekken (smolts), en vreten ook meervallen zich rond met zalmen bij vistrappen. Hij noemt ook de zeehond als kandidaat, die het herstel van intrekkende zalmen negatief kan beïnvloeden.

Maar hoe hij predator control bij zo’n knuffelbaar dier politiek voor elkaar krijgt, wil Schneider vooralsnog niet zeggen.

Momenteel bouwt Van Oord met BAM en consorten het prestigeproject ‘Vismigratierivier’ voor de World Fish Migration Foundation, Rijkswaterstaat en diverse provinciale overheden. Ze kregen ook 14 miljoen euro uit het Waddengasfonds. Je ziet bij de opgespoten natuureilandjes bij Kornwerderzand al de aalscholvers op wacht. Tel daarbij de zeehonden die bij de voordeur op het Wad wachten, en je kunt je terecht afvragen:

  • Zal dit peperdure prestigeproject van minstens 100 miljoen euro (inclusief kostenoverschrijdingen) wel het beoogde effect hebben?

Bottlenecks in de vismigratieroute, waar vis zich ophoopt zijn een favoriete verzamelplaats voor roofdieren van die vis. Je ziet dat ook bij meervallen, die zich concentreren op een vistrap bij een stuwmeer om daar de binnenkomende zalm op te wachten. Iets gelijks kan ook bij die Vismigratierivier gebeuren, dat het een Vispredatierivier wordt.

Met deze grafiekjes bestookte Imares/NIOZ met Programma Rijke Waddenzee Kamerleden met drama over ‘de visstand’

Er zijn weinig kwantitatieve gegevens in omloop wat nu de totale predatie-invloed van zeehonden is op het Nederlandse kustsysteem. We kennen wel de studie van Geert Aarts et al gepubliceerd in Ecosphere (2018) over de topdown invloed die zeehonden nu hebben op de visbiomassa in de Waddenzee en kustzone. In de Waddenzee zouden ze jaarlijks 43 procent van de visbiomassa soldaat kunnen maken, in de kustzone waar ze heen trekken liefst 60 procent.

Harbor seals hauling-out in the DutchWadden Sea fed predominantly on demersal fish, for example, flatfish species (flounder, sole, plaice, dab),but also on sandeel, cod, and whiting.

Although harbor seals acquire the majority of prey further offshorein the adjacent North Sea, and only spend 14% of their diving time in the Wadden Sea, seal predation wasstill estimated to cause an average annual mortality of 43% of the remaining fish in the Wadden Sea and60% in the nearby shallow coastal waters (<20 m).

There were however large sources of uncertainty in theestimated impact of seals on fish, including the migration of fish between the North Sea and Wadden Sea,and catchability estimates of the fish survey sampling gear, particularly for sandeel and other pelagic fishspecies. Our estimate suggested a considerable top-down pressure by harbor seals on demersal fish.

Klaar bij de vishevel om alles op te eten, de Vismigratierivier in het klein, ook met patrouillerende zeehond

Zeehonden in Pacific grote zalmconsument
Het is maar een ‘geinformeerde gissing’ van deze Wageningen UR- en NIOZ-mensen. Niettemin is de kwantiteit een aardige indicatie, bij tienduizenden zeehonden die vijf kilo vis per dag op kunnen. Een volwassen zalm weegt vijf tot vijftien kilo. Het zijn supersnelle zwemmers die zich niet zomaar laten vangen. Maar het kan wel dat je bij kleine intrekpunten met oponthoud een situatie creeert waar intrekkende migratievis kwetsbaarder is voor aanvallen.

De robben zouden vooral achter de platvis aan gaan, maar het zijn alvast geen voedselspecialisten.

Marc Daniel Heintz van de Internationale Commissie tot bescherming van de Rijn (ICBR) noemde ook grijze zeehonden als factor die de zalmherintroductie afremt. Al zijn er nog ontelbare andere mogelijkheden, van wateropwarming, veranderde zeestromingen, en misschien wel de zandsuppleties en migratie-verstorende werking van grote wind-industrieterreinen op zee.

Ik vond ook een studie met zalmen met satellietloggers, waarin met name de Blauwvintonijn zou toeslaan om de zalm soldaat te maken. Maar ook zeehonden aten mee. Deze studie van de Universiteit van Washington vond dat op de San Juan Eilanden in de Stille Oceaan de ‘gewone’ zeehond zich vooral voedt met pacifische zalm en haring:

Estimated consumption of salmonids was 783 (±380 standard deviation [SD]) metric tons (t) in the breeding season and 675 (±388 SD t in the nonbreeding season. Estimated consumption of herring was 646 (±303 SD) t in the breeding season and 2151 (±706 SD) t in the nonbreeding season.

Dus bij slechts 1 eilandengroep waar de zeehonden na een jachtverbod sinds de jaren ’70 in aantal verzevenvoudigden, vreten ze al 800 ton Pacifische zalm op die op weg is naar de paaiplaatsen. Opnieuw, het is maar een geïnformeerde gissing genaamd ‘modelstudie’. Maar vegetarisch zijn die robben alvast niet.

De 10 spuikokers van Kornwerderzand waar dankzij visvriendelijk spuibeheer al vismigratie plaatsvindt

Zeehond blijft werkverschaffer onderzoeksindustrie
Gek genoeg doen Waddenzee-activisten en ‘beschermers’ maar ook Rijkswaterstaat en Katja Phillippart alsof die topdown invloed er geheel niet is, wanneer zij alarm slaan over ‘de visstand’. De Vismigratierivier in de Afsluitdijk werd er politiek doorgedrukt met een beroep op ‘de’ visstand, waarvoor toenmalig (2015) D66-Kamerlid Fatma Koser Kaya zich hard maakte.

Het Opdrachtgeverscollectief Beheer Waddenzee (OBW) onder leiding van Sieben Poel (Rijkswaterstaat) liet een grafiek zien van ‘de’ dalende visstand.

‘De’ visstand in de Tweede Kamer volgens Martijn van Dam: dat gaat slechts om 1 vissoort, jonge schol terwijl vele andere soorten als de gladde haai sterk toenemen

Die grafiek om baantjes te fabriceren voor de onderzoeksindustrie rond Katja Phillippart, de Waddenacademie en consorten, (‘meer onderzoek nodig’…) slaat op de gegevens uit de Trawlsurvey van Wageningen UR in september in de Waddenzee en de Noordzee Kustzone, die zich vooral richt op jonge schol. Dat gaat dus niet over ‘de’ visstand.

Ze hadden die alarmerende verhaaltjes nodig voor het Swimways-project van de Waddenbaantjes-industrie. En om politieke steun voor het losweken van publieke miljoenen voor de Vismigratierivier. Het zou een mysterie zijn waarom ‘de’ visstand in de Waddenzee de beweerde negatieve trend vertoonde.

Daarin zie je vooral de afname van platvis sinds de jaren ’70 en de afnemende kraamkamerfunctie van de Waddenzee. Die correleert sterk met de afgenomen fosfaatgehaltes en gedaalde vruchtbaarheid van het water, met Stikstof:Fosfaat (NP)ratio die 100:1 kon worden, terwijl 18:1 (redfield ratio) voor de natuurlijke productie het meest gunstig is. Maar dat mocht niet genoemd worden, want dat zou geen baantjes opleveren.

Zeehondencentrum

Aan de zeehond mag je vervolgens ook niet komen. Dat is ook nog eens vastgelegd jn het managementplan van het Wadden Sea Secretariat van 2023-2027. Daarin leggen de betrokken ‘deskundigen’ nog eens hun eigen werkgelegenheid voor de komende vier jaar vast met vijfjaarlijkse zeehondentellingen en ‘meer onderzoek:’

Harbour seals and grey seals are listed in Annex II of the EU Habitats Directive and accordingly special areas have been designated for their conservation. Moreover, both species are listed in Annex V, thus their exploitation should be regulated to be compatible with maintaining or attaining a good environmental status as laid down in the Marine Strategy Framework Directive.

The protection of the harbour seals in the Wadden Sea is further regulated by the Agreement on the Conservation of Seals in the Wadden Sea (Wadden Sea Seal Agreement; WSSA) which came into force in 1991 and became the first international, legally binding agreement under the auspices of the UN Convention on the Conservation of Migratory Species of Wild Animals (CMS).

‘gewone’ zeehonden

Ze wijzen altijd naar andere factoren, het liefste ‘de visserij’ en zelfs climate change:

The additional impact of climate change on seals is difficult to predict as there are many potentially confounding variables, but it is likely to lead to ecological changes, including changes in prey composition and availability as well as the presence of competitors and diseases, which could potentially impact the seal populations.

Vervolgens verzinnen ze een waslijst ‘mogelijke’ bedreigingen, zodat er nog jarenlang meer van hun baantjes en onderzoek nodig is:

At present the harbour seal population can be regarded as viable (CMS, website), although natural disease outbreaks may reduce the population size at regular intervals. However, a variety of human activities, some of which are listed above, have the potential to negatively affect the populations.

With the Trilateral monitoring and Assessment Programme (TMAP) and the regularly updated Seal Management Plan, the Trilateral Wadden Sea Cooperation can support the assessment of the impact of human activities on the harbour seal population and ensure that the quality of their habitat is sufficiently protected.

Zolang de zeehond het imago van kwetsbaar dier houdt, en thermometer heet van een mystieke ‘gezondheid van het ecosysteem’ (hoor eens naar Niek Kuizinga van het Werelderfgoed Centrum0 dan levert deze baantjes op voor de onderzoeksindustrie, en zelfs ‘zeehondenopvang’…. Is het een plaagdier dat zichzelf wel redt zonder al die biologen, dan kost dat baantjes in de onderzoeksindustrie van NIOZ, Wageningen UR, de RUG en hun Deens-Duitse equivalenten.

Voor zalmmigratie was die Vispredatierivier niet nodig. De zalm en collega, de zeeforel kunnen nu intrekken via het Haringvliet, de Nieuwe Waterweg en via de spuikolken van de Afsluitdijk het IJsselmeer in. Het blijkt dat zalmen zulke krachtige zwemmers zijn, dat ze ook bij het spuien van zoet water van de Haringvlietsluizen tegen de stroom in naar binnen kunnen zwemmen. Er zaten al 10 spuikolken in de Afsluitdijk bij Kornwerderzand waar vis door kon trekken.

Bron: Wadden Sea Secretatiat 2023

De houting (een zalmachtige) werd al veel door beroepsvissers aangetroffen in het IJsselmeer. Voorlopig lijkt de wens om iets aan het zeehondenprobleem te doen dus ene illusie. Sterker nog: Ze bouwen net voor 29 miljoen euro in Lauwersoog een fonkelnieuwe zeehondenopvang in het Werelderfgoed Centrum.

  • Mijn al in 2005 in het artikel Scharrelwild (HP de Tijd) geuite droom ooit nog eens een muts van Waddenzeehondenbont te kunnen dragen lijkt dus toekomstmuziek. Niet omdat ik een hekel aan zeehondjes heb, alsof je een hater bent. Maar ik ben liefhebber van natuurproducten, die ook nog eens kunnen bijdragen aan praktische natuurbescherming in bredere zin. Zoals je ook rivierkreeftjes uit de polder wilt eten, waarmee je tegelijk aan dijkbescherming bijdraagt.

2 Replies to “Zeehondenjacht heropenen: Hoe lang nog een taboe?”

  1. De gluiperige tactieken doen me denken aan de houtribdijk. We beginnen met een rietveldje onschuldig leunend tegen de de dijk en hebben ‘as we speak’ nu de Markerwadden -nagenoeg vallend onder de metropool Amsterdam. Waar was wijlen Marten Bierman (‘ver.behoud IJsselmeer gaat op in Wadden etc’)?

  2. Bierman: ‘door Deltawerken kan er golfslag ter hoogte van Texel/den Helder de kust afkalven’ en ‘beter zou zijn de dijken op te hogen en de Zuiderzee in ere te herstellen’ -o.a. de afsluitdijk te doorbreken. Hoe kan het dat Bierman van een afbraakboerderijtje in Venhuizen in een Amsterdams grachtenpand is geëindigd?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *